Op een zaterdagmiddag vloog ik met Casper Siemes, oud huisgenoot uit Enschede, student Crime Scene Investigation-achtige studie, naar Glasgow in Schotland. In het vliegtuig troffen we een local met de passende achternaam Mc Gregor die ons inwijdde in de ins en outs van Schotland. Eenmaal in Glasgow namen we een bus naar Queen Victoria Station, vanwaar het nog een kwartier met de trein is naar Milngavie (spreek uit: Mil-gui). Klokslag half 6 stonden we voor een supermarkt die Iceland heette, waar ik spontaan Utopiaanse gedachten kreeg en na wat wat
er en voedsel te hebben gekocht kon het eerste deel van de reis beginnen. Casper had heel handig een route uitgeprint en sinds ik mijn lonely planet van Schotland kwijt was geraakt was dit erg handig. Wel was het een tiendaagse planning en we hadden maar 8 dagen. Vanaf half 6 ‘s avonds hebben we 19 kilometer gelopen, we hebben daarvoor zelfs nog een uur in het donker moeten lopen. Geheel voldaan kwamen we op een camping aan bij het dorpje Drymen, alwaar een of ander viswijf maar niet kon ophouden met schreeuwen tegen haar man. De volgende ochtend bij het betalen hebben we de eigenaar nog even gevraagd naar de weersverwachting...zijn woorden: “ Tday.....should be OK, a bah reeny....tmorreh...no good, day after tomorrow....eeehhh...not good....welcome to Scotland.”Zo handig als Casper die routebeschrijving van de route had geprint, zo onhandig was zijn besluit om de schoenen van zijn vader te lenen voor dit tripje. Dit bleek halverwege dag 2 toen hij voor het eerst in zijn leven ervaarde wat een blaar was. Het laatste stuk van de route viel hem dan ook zwaar en na de looptocht gaf hij dan ook toe weinig van de omgeving gezien te hebben. Het laatste stuk van deze etappe bracht ons naar Rowardennan, een flinke stip op de kaart, maar in werkelijkheid slechts één hostel, één pub en één hotel. Even later zaten we uiteraard heerlijk aan een flinke pint in de pub, waar we ook gegeten hebben. Na een uur of twee was het mooi geweest en hebben we de tent opgezet. Die nacht sloeg het weer om en de dagen daarna hebben we de zon eigenlijk niet meer gezien. Na een inspectie van Caspers voeten moest geconcludeerd worden dat er flink wat Compeed blarenpleisters nodig waren om dit slagveld weer op te lappen. Toen we de volgende dag wakker werden, er van uit gaande dat het een uur of 7 was....bleek het al half 12 te zijn. De tent moest nog worden afgebroken, we moesten nog ontbijten, het regende een beetje, kortom, redelijk oncomfortabel gingen we pas rond half 1 op weg. De rest van de dag hebben we slechts 12 km gelopen. Eenmaal in Inversnaid besloten we, gezien de regen, maar een hostel te pakken. Een vrouw kwam ons oppikken vanaf Inversnaid hotel en bracht ons naar haar hostel, dat in een mooi oud kerkje gevestigd was. Dit was een erg fijne afwisseling van het kamperen in de regen en ook Casper zag het allemaal weer positief in. Er scheen een moeilijk stuk van de route aan te komen, maar we hadden een goede nachtrust en goed te eten gehad, dus van dat stuk route maakten we gehakt. Na twee uurtjes flink klouterend, af en toe bijna rennend met 18 kg op de rug, bereiken we het einde van Loch Lomond, het meer waar we nu al goed twee dagen langs aan het lopen waren, erg mooi. De volgende drie dagen verslechterde het weer, op een gegeven moment kwamen we in een onzettende bui terecht die maar niet op leek te houden, alle stroompjes over de weg werden kniediepe riviertjes, waar je nog net over een paar stenen de overkant kon bereiken. Toen Casper in zo'n stroompje naast zo'n steen stapte en zijn sokken, schoen en voet helemaal nat werden had hij het helemaal gehad. Uiteindelijk zijn we nog wel in Crianlarich aangekomen, “but it wasn't pretty”. Eenmaal in dat stadje kwamen we in zo'n typisch hostel terecht, zo eentje waar niemand heen wil, behalve als er geen andere mogelijkheid is, zo'n hostel met een pinne als receptioniste, een bepaalde tijd dat de deur dicht gaat zodat je niet naar de pub kunt en waar vooral families zitten, echt zo'n gelovig YHA hostel, maar dan in Schotland.
Door al die blaren in combinatie met 18 kg op Caspers rug was hij anders gaan lopen dan normaal, waardoor nu ook nog eens zijn heup enorm pijn begon te doen. Toen we na veel moeite in het volgende dorpje, Tyndrum, aankwamen wilde Casper echt niet meer verder en ik vond het ook niks om in mijn eentje door te gaan, dus hebben we maar besloten om hier te stoppen met de route. Als straf wilde Casper die avond graag de barrekening betalen, daar was ik het wel mee eens, dus werd het nog een gezellige avond, want na flink wat eten in onze, soms wel, soms niet te lange slokdarm te gooien ging het bier er wel in!
De volgende ochtend begonnen we vol goede moed aan het tweede deel van de reis, het enige dat vaststond was dat er een vlucht van Glasgow naar Amsterdam ging op zondag, het was nu donderdag ochtend. We hadden besloten naar Edinburgh te gaan, dat leek ons beiden wel interessant. We zijn gaan liften en ook al was het Caspers eerste keer langs de weg, hij deed wel iets verdomde goed, want na 5 minuten stopte een auto met een Litouws stel dat ons helemaal naar Glasgow wilde rijden, dat lag precies op weg naar Edinburgh. Onderweg bleek dat ze zelfs na Glasgow, dat zo'n 100 km rijden is, helemaal door zouden rijden naar Londen. Toen we dat hoorden begon het een beetje te kriebelen...Londen....800 km verderop...daar woont Gait (een andere oud huisgenoot). Na een kort uitbundig telefoontje hadden we niet meer Edinburgh als reisdoel, maar Londen en ook al vond dat Litouwse stel het en beetje raar dat we onze planning zomaar zo radicaal omgooiden, ze vonden het prima dat we mee reden.
Die avond werden we op 2 minuten lopen van Gait's appartement gedropt door het stel, erg fijn! De rest van de tijd in Londen bestond uit een mooie tijd met Gait, een halve middag slenteren aan de South Bank, een beetje met de Underground van het Brittish museum naar het Science Museum en het Museum of National History en tot slot een drum 'n bass avond in club Fabrique.
Vervolgens stonden we voor de keuze om 800 km terug te liften naar Glasgow, of een losse vlucht van Londen naar Schiphol te boeken. Het werd de laatste optie, zodat ik mooi een halve dag eerder terug kon en nog net de 25e verjaardag van een vriend in Mariënheem mee kon pakken.
Uiteindelijk was het een mooie week, een paar hele mooie stukken van Schotland gezien, jammer dat we de route niet tot het einde gelopen, maar het kon niet anders.
