[Bijbehorende foto's: 2002-2003 Australië]
Een samenvatting van deze grootsche, ultieme, eerste grote reis is bijna onmogelijk. Zo'n tien maand heb ik door Australië en Nieuw Zeeland gereisd. Het hele gebeuren begon in Augustus 2002. Met de organisatie Travel Active ben ik in een vliegtuig met zo'n tien andere nederlanders via Singapore naar Sydney gevlogen. Na een paar onwennige en vooral surrealistische eerste dagen ben ik met drie andere nederlanders begonnen aan wat elke backpacker bijna doet, de trip van Sydney naar het noorden van de oostkust. Al snel kwam ik er achter dat Australië meer had te bieden dan het hemelsche beeld van de oostkust.
Na een '1980 Holden Commodore' aangeschaft te hebben in Brisbane ben ik een maand aan het werk geweest op Tandou Farm, een cotton farm in lake Tandou, bij Menindee, behoorlijk in the middle of nowhere. Twaalf uur per dag, zeven dagen in de week tractor rijden, de dichtstbijzijnde verharde weg op 120 km afstand, leven in een caravan en elke dag gewekt worden door zwermen Cockatoos omschrijft de rauwheid van deze ervaring wel.
Met een knip vol geld hunkerde ik naar de hemelsche oostkust en in een maand tijd ben ik toen richting Airlie Beach gereden, alwaar ik drie weken als klusjesman op een resort heb gewerkt. Tijdens die trip alle touristische lokaties afgegaan, van Nimbin tot Fraser Island, Surfers Paradise tot Noosa. Na twee zeiltochten van drie dagen rond de Whitsunday Islands had ik genoeg van de hele oostkust en ben ik met drie meiden twee weken dwars door de outback gereden, van Childers tot Three ways, van Alice Springs tot Adelaide. Een van de vele hoogtepunten van die trip was het Solar Eclipse Festival, drie dagen met heel veel hippies losgaan en een totale zonsverduistering meemaken, omringd door dorre vlaktes.
Van Adelaide ging de reis verder naar Sydney, waar ik voor drie weken een appartement deelde met wat oud collega's uit Airlie Beach. Van kerst tot midden Januari had ik bezoek van een neef, in die drie weken zijn we van de Blue Mountains naar de Yarra Valley gereden, hebben we een oom van een kameraad van me bezocht, hebben we de Great Ocean Road afgereden en vooral veel mensen ontmoet.
Een vlucht vanuit Melbourne bracht me naar Auckland, Nieuw Zeeland. Uiteindelijk zowel het noorder- als het zuidereiland met een bus rondgereden, onderweg gletsjers beklommen, grote hikes gemaakt, exteem mooie natuur gezien en zelfs op de set van Hobbiton gelopen. Na vijf weken vol natuurschoon vloog ik van Wellington terug naar Melbourne.
Eenmaal terug in Australië was mijn geld op en moest ik hard aan het werk. Een week of zes heb ik met drie andere nederlanders in een park in Haelesville gekampeerd. Ondertussen druk aan het werk in de wijngaarden, zwaar werk, maar de mensen maakten alles helemaal goed. Na een week of twee waren we volledige inwoners van het stadje en kwamen we op allerlei feestjes terecht. Uiteindelijk met één van die nederlanders, Herjen, doorgereisd om sinaasappels te plukken. Na een week of twee met Bill, een hele gave zwerver, in Martins Bend, Berri gekampeerd te hebben, een filmpje te hebben geschoten en een paar Dollar verdiend te hebben in de sinaasappelen is Herjen naar huis gevlogen en heb ik mijn laatste dagen in de Yarra Valley gesleten, werkend voor een landscaper tot mijn vlucht me naar Londen bracht. Na een gemiste vlucht in Londen, een uur later toch naar Amsterdam gevlogen en daar werd het duidelijk, niets is veranderd, alleen ik zelf een beetje.