woensdag 20 juni 2007

Beroerd op een paradijselijk eiland

[foto hierboven: Ik, Bas, Miriam en Jony. Martijn was een duik aan het nemen.]
Al starend naar een witte muur, waar salamanders op jacht zijn naar kleine vliegende beestjes, begin ik dit verhaal. Het is een uur of half 8 's avonds en ik lig als enige al op bed en ik voel me beroerd. Eigenlijk begon het allemaal dit weekend, ik moest kiezen tussen een tripje door een bergachtig natuurgebied of een weekend met twaalf weeskinderen en alle studenten naar bamboo island; een paradijselijk eiland voor de kust van Sihanoukville in het zuiden van Cambodja. Uiteindelijk ben ik overgehaald om naar het eiland te gaan, omdat het toch wel enorm gaaf is om met twaalf wezen en alle studenten zo'n tripje te maken, de meeste van die kinderen hadden de zee nog nooit gezien. Op zondagochtend om 05:00 uur vertrokken we vanaf het weeshuis, en hoe! Twaalf wezen, vier studenten, Arjen, Leaps en ook nog een begeleidster voor de kinderen, allemaal in Arjen's Auto. Van plastic en scaff buizen was een dakje gemaakt voor eventuele buien en felle zon. In de achterbak was het flink proppen, want op een stukje van zo'n drie vierkante meter zaten zo'n acht weeskinderen en vijf volwassenen...dat is krap. Onderweg was het niet altijd even relaxed, met een zere kont, een klapperend zeil en een wind van zo'n negentig km/u, vier uur lang, was het een behoorlijke belevenis.

Toch bleek dit niet het ruigste ritje van het weekend te zijn, eenmaal in Sihanoukville stapten we namelijk over op een boot naar bamboo island, maar sinds een steiger ontbrak moest ik tot aan mijn navel door het water. Cambodjanen kwamen uiteraard niet meer bij de grond en moesten zwemmen. Met een natte broek op die boot bleek dat de zee behoorlijk ruig was. De golven stonden haaks op onze vaarrichting met als gevolg dat menig pessimistisch ingesteld brits viswijf af en toe een schreeuw uitte. Halverwege stond er te veel water in de boot en moesten we vijf minuten stoppen om het water weg te pompen, ik was net zo'n beetje droog, maar een duik op volle zee sla ik niet af. Eenmaal op bamboo island ging het ook zo, nat, droog, nat droog, met als gevolg dat ik 's avonds koppijn had en maar vroeg naar bed ging.

De volgende dag gingen we vol goede moed een ochtendduik maken, maar omdat ik mijn zwembroek was vergeten en in mijn korte broek zwom had ik even niet aan mijn telefoon gedacht...die dus vrolijk met mij mee zwom. Sukkel dat ik ben. Ik heb het apparaat op het eiland gelijk afgespoeld met zoet water, maar kreeg hem niet meer aan de praat, met als resultaat dat ik nu dus niet te bereiken ben en de tijd niet meer bij me heb. Na een luie dag met wat wandelingen verliet het gezelschap om drie uur het eiland. Arjen reed weer met zijn wagen terug, maar Bas, Miriam en ik hadden daar geen zin in, daarnaast begon ik me hondsberoerd te voelen. In het resort Coasters werd ons gratis een kamer aangeboden, het resort was namelijk van dezelfde man als het resort op bamboo island.

Na een theetje en een halve hamburger ging ik even plat om te zien of ik die beroerdheid in een powernap weg kon slapen. Op een gegeven moment begon ik te trillen, had het koud, hete adem, ik moest wel koorts hebben. De uitnodiging van Bas en Miriam om nog een cocktail te gaan drinken heb ik maar afgeslagen en uiteindelijk heb ik tot een uur of vier 's nachts beroerd op bed gelegen, daarna ging het iets beter. Om zeven uur ging de wekker en ik was weer redelijk helder, het enige nadeel was dat er een busreis van vier uur voor de boeg stond.

Reizen met de bus in Cambodja is niet te vergelijken met Nederland. De enige overeenkomst is dat je in een bus zit. Ten eerste is het verrekte koud in zo'n bus door de airco. Alle knopjes van de airco zijn kapot waardoor je continu in een stroom van koude lucht zit. Daarnaast heeft elke bus een televisie, fikse geluidsset en een Video CD player. De variatie is ver te zoeken, je heb OF karaoke OF Cambodjaanse stand-up comedy. De karaoke staat altijd knetter hard en komt daardoor overstuurd uit de luidsprekers, het zijn allemaal van die foeilelijke midi nummers en niemand zingt mee. De Cambodjaanse comedy is nog erger, het lijkt wel of er in het hele land exact zes mensen zijn die op televisie aan comedy doen en volgens mij zijn ze geselecteerd om een zo irritant mogelijke stem te hebben plus een uiterlijk waar je simpelweg van schrikt. Vandaag was er zelfs een Cambodjaanse dwerg met lang krullend haar, zo'n vieze baard en een vlas snorretje....wat smerig! Anyway, vier uur in die bus was dus ook niet optimaal en die airco kon ik al helemaal niet waarderen want ik begon weer te trillen van de kou. Gelukkig viel er een Cambodjaan tegen me in slaap waardoor ik nog enigszins warm bleef.

Eenmaal in Phnom Penh heb ik mijn telefoon laten reinigen voor drie dollar, hij deed weer iets, maar het meeste werkte nog niet. Voor twintig dollar kon ik hem echter laten repareren dus heb ik dat maar laten doen, over een paar dagen kan ik de telefoon weer op halen. Arjen was toevallig in Phnom Penh en heeft ons meegenomen naar het weeshuis waar ik nu tegen de witte muur aan het staren lig, waar de salamanders blijkbaar hun maag vol hebben, want ik zie ze niet meer.

...En toen ging ik slapen. Het is nu 06:30 's morgens, dauw op het gras, ik ben weer zo fit als het hoort en heb genoeg geslapen. De beroerdheid is voorbij, ik ben weer blij en ga zo maar weer lekker met de opdracht verder. Ik heb nog vier weken voor de opdracht, heb alle concepten nu af en ga vanaf nu met het uiteindelijke ontwerp bezig. Het enige dat er nog tussendoor komt is een focus group met een aantal Cambodjaanse mensen om er achter te komen wat hun kijk is op bepaalde materialen en kleuren voor de verpakking. Daarover de volgende keer meer.

Mariënhemers, veel plezier op de midzomerfeesten die ik weer mis, het tuinhuisje zal wel weer bomvol komen te zitten, het orgel zal wel overuren gaan draaien en er zullen vast wel weer sterke verhalen ontstaan die ik graag hoor!