maandag 4 juni 2007

Cambodjaanse eigenaardigheden


Na zo'n vijf of zes weken in Cambodja gaan je toch een aantal dingen opvallen, dingen die je van tevoren niet had kunnen bedenken, maar hier toch aan de orde van de dag zijn.

Wat je vanaf dag 1 al opvalt zijn de eigenaardigheden in het vervoer. Het is hier bijvoorbeeld heel gewoon om met vijf mensen op een brommer te rijden, ik heb zelfs mensen gesproken die er zeven hebben weten te tellen. Het blijft niet bij mensen, twee varkens of twintig kippen, zakken rijst twee keer zo hoog opgestapeld dan de bestuurder, bakken met vis, enorme glazen platen en zelfs andere brommers. Vanaf het weeshuis waar KamWorks gevestigd is rijden we eerst zo'n kwartier over een zandweg die vol met gaten zit en na een bui erg moeilijk te bereiden is. Aan het eind slaan we links af, road #1 op, de A1 van Cambodja. Er ligt asfalt op road #1, maar daar is dan ook alles mee gezegd. Auto's, motoren, fietsers, ramoks (kom ik zo op terug) en vrachtwagens, alles rijd er door elkaar met een slakkengangetje van zo'n zestig kilometer per uur om de enorm gevaarlijke kuilen in de weg te kunnen ontwijken. Er zitten overal gaten met een diameter van zo'n halve meter in de weg. De gaten zijn een centimeter of dertig diep en je kunt je wel voorstellen wat er gebeurd als je er met zestig kilometer per uur met het voorwiel van je motor in verdwijnt. Overdag zie je ze, maar stel het heeft geregend, de helft van de weg bestaat uit plassen en de kuilen zijn helemaal volgelopen...het is bij mij één keer mis gegaan toen ik Miriam achterop had...met zo'n vijftig kilometer per uur, 's nachts, verblind door een tegenligger met het achterwiel door zo'n gat gegaan, deuk in de velg, binnenband gescheurd, kon nog wel veilig stoppen, maar daar sta je dan.
Een ramok is ook iets dat ik nog niet eerder had gezien. Het is niks meer dan een motor met daar achter een smalle aanhanger die zo'n halve meter diep is. Over die aanhanger liggen zeven planken enorm veel mensen op passen. Ramoks rijden lange stukken en telkens als iemand "Chop Chop" roept, stopt de bestuurder.

Dan de preutsheid. Uit pure preutsheid zwemmen Cambodjanen met AL hun kleren aan. Soms durven ze wel heel hard "Hello!" te roepen, maar als je dan naar ze toe komt zakt de moed ze in de benen en rennen ze hard weg. Als je het heel rustig aanpakt blijkt echter dat ze alleen de kat maar even uit de boom aan het kijken zijn, want eenmaal aan de praat is er ook geen stoppen meer aan. Ze willen alles van je weten, het begint met je leeftijd, vervolgens of je getrouwd bent, vervolgens waarom je dan wel niet getrouwd bent. Zo zat ik donderdag een broodje te eten met een kaart van Phnom Penh bij me. Ik was in de stad aan het rondrijden op zoek naar bedrijven die verpakkingen maken. Ik zat daar dus met die kaart voor me een een hele lijst met bedrijven in de verpakkingssector. Er zat al een tijdje een vrouw tegenover me en ik vroeg haar of ze een bepaalde straat kende. Ze keek gelijk de andere kant op en begon fanatiek te bellen. Ik dacht dat ze niks van me moest weten en liet haar maar met rust. Een paar minuten later kwam er ineens een heel mooi meisje naast me zitten die me vroeg wat ik haar moeder had gevraagd. Dus daar ging dat telefoontje heen. Al snel ging het niet meer over dat adres en het meisje zei dat we van haar moeder vrienden moesten worden. In heel fout engels zei ze "My mom wants me to do your friend"...en dat betekent toch heel wat anders. Ze vroeg om mijn nummer, ik was wel benieuwd waar dit heen ging, dus die kon ze krijgen. Daarover vast nog wel een keer meer.

Het internet hier, nog zoiets. KamWorks is gevestigd in the middle of nowhere in een derde wereld land en toch hebben we internet. Vanaf mijn laptop gaat het signaal onder ideale omstandigheden door de lucht naar het hoofdgebouw van KamWorks dat op zo'n 50 meter afstand ligt. Vanaf daar gaat het via een straalverbinding zo'n dertig kilometer door de lucht naar een internetprovider in Phnom Penh. Dit is al een knap staaltje techniek op zich, maar er hoeft maar een koe tussen de twee KamWorks gebouwen te lopen of een regenwolk tussen hier en Phnom Penh en de 404 errors vliegen je hier om de oren. Ook hebben we daarnaast een datalimiet van 500 mb per maand. We zitten hier met zeven mensen, dat is dus zo'n 75 mb per persoon per maand, zo'n 2.5 mb per dag per persoon. Eén foto van mijn camera is al 2.5 mb. Toch mooi dat het allemaal werkt, ik word er blij van.

Cambodjanen eten niet genoeg broodjes kaas en worden daarom niet langer dan pakweg 1.70m. Als ik ergens langs kom banjeren met mijn 1.97m gaat menig mond op half 7 hangen. Mensen gaan serieus langs de kant van de weg staan kijken, stoppen met hun werk en zeggen niks. Als je voorbij bent hoor je vaak onderling gelach of zachtjes "pi metre", dat twee meter betekent. Eerst vond ik dat maar raar, maar als je je vervolgens omdraait en zegt dat je daadwerkelijk bijna twee meter bent krijg je de meest gave reacties, de meeste bestaan uit een typisch Cambodjaans "Ooooaaahhhh", vervolgens knikken ze vriendelijk en lopen ze verder, wat een freak show.

Ook is het in Cambodja heel "cool" om een lichtere huid te hebben dan de mensen om je heen. Een lichte huid staat hier voor een hoge status en daarom zie je ook heel wat Cambodjanen met handschoenen en een hoge kraag op hun motoren rijden. Ook kicken ze er op om niet veel te werken. Ze laten de nagels van hun pink groeien om zo aan te geven dat ze geen fysiek zwaar werk uitvoeren. Een laatste vuigh feitje is dat Cambodjanen graag één lange haar laten groeien uit een moedervlek op het gezicht. Stel je hebt er één, het liefst ergens rond je mond, laat je een zo lang mogelijke haar groeien vanaf het gedrocht en je bent het helemaal. BAH.

Eigenaardigheden te over dus, een geweldig land en wat een geweldige mensen, altijd vriendelijk, altijd lachen, maar wat hebben ze een nare geschiedenis achter de rug. In Nederland heb ik er nooit zo veel van gehoord, maar Cambodja ligt tussen Thailand en Vietnam, waardoor er altijd gedonder was. Na al die oorlogen ging het in dit land ook nog eens helemaal mis toen Pol Pot met zijn Rode Khmer tussen 1975 en 1979 zo'n beetje iedereen die genoeg verstand had om een eigen mening te vormen uit de weg te ruimen. De hele middenklasse werd uitgevaagd, mensen wisten niet eens meer hoe ze rijst moesten verbouwen, tienduizenden doden, families werden uit elkaar getrokken en overal heen geëxporteerd, een ware hel. Zo ben ik een week geleden ook met een Canadese jongen naar de plek geweest waar 9000 Cambodjanen in massagraven zijn gevonden en waar nu een monument is geplaatst met daarin allemaal menselijke schedels, gesorteerd op geslacht en leeftijd...het is echt heel raar om voor een schap te staan waar je zo 100 schedels ziet liggen van "female 19-25 years of age". Achter het monument waren ook de kuilen te zien van waaruit de lichamen in 1980 geborgen waren. Tientallen kuilen met bordjes als "grave of 144 headless, naked women and children". Wat me nog wel het meest aangreep was het looppad. Je loopt tussen de massagraven door, maar het blijkt dat er tussen de graven ook mensen begraven liggen, je ziet namelijk stukken bot en kleding uit de grond steken, afgesleten door duizenden touristenschoenen die er gewoon overheen lopen! Bij elke regenbui, elke voetstap wordt er weer een laagje zand weggehaald en komen er meer menselijke resten bloot te liggen, ik vond het echt een hele vreemde beleving en ben maar in het gras er naast gaan lopen. Absurd.

Als je met dat in je hoofd naar die eigenaardigheden kijkt, als je al dat gelach in die kinderen ziet, die fonkelende ogen van plezier bij zowel volwassenen als kinderen besef je dat dit toch wel een heel ander land is dan Nederland en helpt het je absoluut motiveren om hier een product op de markt te zetten waardoor ze in ieder geval 's avonds licht hebben, zonder elke keer te hoeven betalen voor het opladen van een accu.

Dat was het wel weer voor deze keer, de volgende keer weer een normaal verhaal en foto's!