dinsdag 4 augustus 2009

1 keer, nooit weer, maar het was prachtig

De titel "1 keer, nooit weer, maar het was prachtig" zegt eigenlijk wel genoeg. Het laatste verhaal was ik nog bij Paul in Fyresdal, ik heb daar in totaal een week gezeten en het was puur genieten. Een week lang niets hoeven, we hebben gevist, bergen beklommen, schatkistjes gezocht, "ultimate" frisbee, heel wat films gekeken tot diep in de nacht, die nooit helemaal donker wordt in de zomer, ja, het was echt fijn. Ook hebben we daar mijn verjaardag gevierd. Bedankt Paul!
Goed, na een week wilde ik wel weer eens een stuk verder rijden en ik had helemaal zin gekregen in een rit door Engeland, ik had gehoord van een boot die vanaf Bergen drie keer per week naar Engeland ging, dus mijn volgende bestemming was Bergen. De rit naar bergen bleek de mooiste rit van de hele vakantie te zijn. Enorme watervallen, flinke haarspeldbochten, panorama's van fjorden terwijl je uit een vriezende tunnel komt rijden en de warme lucht je tegemoed komt, bevers in het wild, verlaten skipistes...ja, dat was een mooie dag, zie foto bovenaan dit bericht. Op een gegeven moment had ik het wel een beetje gehad met al die tunnels, want dat rijdt toch echt niet lekker met een brommertje. Het is donker, af en toe zo'n gele lamp, het is er heel erg koud, de immense ventilatoren maken een oorverdovend lawaai, allemaal dingen die je pas merkt als je eens niet in een auto door zo'n tunnel gaat. Daarnaast zijn sommige tunnels naar lang, ik heb ze tot 11 km meegemaakt, af en toe is er helemaal geen ruimte op de weg voor je en rijd er op de zelfde rijstrook iemand met 100 voorbij, terwijl jij 35 bergopwaarts gaat...nee, dat had ik wel een keer gezien. Om een enorme tunnel te voorkomen besloot ik een bergpas te nemen, dwars over een fikse berg. De brommer in de 1e versnelling, voet van de rem en maar hopen dat we boven zouden komen. Op driekwart werd het zo stijl dat de brommer het amper trok in de 1e versnelling, de olie was zo heet geworden dat er af en toe druppels aan de buitenkant van het blok terecht kwamen en daar begonnen te borrelen...ik ben maar even gestopt om de boel af te laten koelen. En daar sta je dan, midden in de sneeuw, op 1200 meter hoogte, nog veel hogere bergen op de achtergrond, wetende dat de afdaling niet lang meer op zich laat wachten...ik zie het nog zo voor me, prachtig. Na nog een kwartiertje van noeste arbeid stond ik op de top en zag ik een prachtige krullende weg voor me, langs meertjes, watervallen en stukken eeuwige sneeuw. De afdaling was een precies zoals je het verwacht, perfect! De weg leidde nog door een paar minder hoge bergen, een paar mooie fjorden, een paar pondjes en een dag later was ik in Bergen.
Bergen is een beetje een rare stad. Omdat er een ring van bergen om het centrum van Bergen ligt wordt elke wolk die er overheen drijft lekgeprikt met als gevolg dat het in Bergen 275 dagen per jaar regent. Natuurlijk ook toen ik er was. Gelukkig was het niet zo erg als vorig jaar, toen ze eens 92 dagen onafgebroken regen hebben gehad, want een dag later was het redelijk droog met af en toe een buitje. Ik wilde vanaf Bergen de boot pakken naar Newcastle in Engeland, dus ik ging naar de international ferry terminal van Fjordline om een kaartje te kopen. Ik werd een beetje raar aangekeken, want wat bleek, de vaarroute naar Engeland was al een jaar geleden opgeheven. Kut. Er was geen enkele mogeijkheid om naar Engeland te komen, daar ging mijn plan. Ik kon wel met de boot naar Hirthals in Noord Denemarken en heb uiteindelijk die boot maar genomen. Ondertussen verbleef ik bij een Thais meisje die ik via de website couchsurfing.org heb gevonden, ideaal, ik had een kamer voor mezelf en ze heeft ook nog eens lekker voor me gekookt!
Goed, de volgende dag ging ik dus met de boot naar Hirthals, tijdens de veel te ingewikkelde boarding procedure voor auto's en motoren kwam ik een paar Noorse motorrijdens tegen, goede gasten die wel konden waarderen dat ik op een brommertje naar Noorwegen was komen rijden. Flink gedronken die avond met die mensen, verder waren er ook absoluut geen interessante mensen aan boord. Ik kreeg nog was snus van een van de motorrijders, dat is van dat tabak dat tussen je gehemelte en bovenlip gaat, ik had het al eens eerder geprobeerd, in zo'n theezakje, maar deze volleerde snusgenieter drukte er zelf een balletje van en stopte dat zo in zijn mond. Natuurlijk wilde ik dat ook wel eens proberen en natuurlijk ging dat helemaal mis. Dat bolletje snuss viel uit elkaar, ik had mijn hele mond onder die gore pruimtabak en het kostte me nog eens drie biertjes om het helemaal weg te spoelen...goed geslapen.
De volgende drie dagen waren erg saai, ik had me een mooie rit voorgesteld door Engeland en nu was ik weer door Denemarken en Noord-Duitsland aan het rijden, geen nieuw gebied en de enige reden dat ik er reed was om thuis te komen. bah. De keiharde wind in Denemarken die ik op de heenweg in de rug had had ik nu natuurlijk tegen me, waardoor de vierde versnelling net een tandje te zwaar was, ik ging maximaal 40 km/uur en ik moest nog 400 km langs de niet al te uitnodigende westkust van Denemarken. Uiteindelijk had ik op een avond Bremerhaven bereikt, ik moest met een boot een rivier over en ik had even tijd om de weersverwachting te bekijken. 2 dagen lang regen en onweer van Groningen, helemaal door Noord-Duitsland totaan waar ik was. lekker. Ik kon dus twee dagen in saai Bremerhaven blijven of ik kon een keer een nacht doortrekken en proberen om Groningen te bereiken voor het noordweer, 180 km verderop. Ik besloot voor de laatste optie te gaan, dus licht aan, gas los en gaan. Ik knalde door het donker over alle B wegen, ik moest zelfs een stukje over de autobahn door wegwerkzaamheden, erg raar om daar even te rijden en uiteindelijk begon de lucht helemaal dicht te trekken 30 km voor Nederland, 10 km voor de grens begon het enorm te onweren, 5 km voor de grens begon het enorm te regenen, dwars door mijn regenbroek, het was zo gevaarlijk dat ik op de grens onder een viaduct van de a7, bij nieuweschans ben gaan schuilen. Daar sta je dan, onophoudende regen voor de komende vier uur, voorspeld door buienradar. Er was een hotelletje naast het viaduct, dus ik er heen, gesloten, ai. Na een half uur afwachten onder de brug had ik door dat er geen vooruitgang zat in de situatie, ik moest wel onder de brug blijven. Hoe pauper ook, ik ging mijn tentje maar opzetten, had geen andere optie. Halverwege het opzetten van de tent kwam de sterke arm der wet langs, "wat moet dat daar?". Ik mijn verhaal verteld, Noorwegen, regen, bliksem, schuilen, hotel gesloten, kon niet anders.. De agenten konden het wel waarderen dat ik op een brommer met zo'n tocht bezig was en gingen op zoek naar een hotel voor me, relaxed! Ik was daar nog even met de tent aan het prutsen en ja hoor, de bollen, Deutsche Politzei, "was machst du da?" Hele verhaal weer en er even bij vermeld dat hun Nederlandse collega's er al mee bezig waren. Prima, maar de tent moest echt weg, dus die heb ik maar afgebroken. Na 10 minuten kwam de Nederlandse politie terug, ze konden niets voor me vinden, alles zat vol. Ze konden verder ook niets voor me betekenen maar zeiden wel dat ze mij in ieder geval geen boete voor wildkamperen zouden geven. Prima, ik die tent weer opgezet en heb vervolgens gewoon tot 10 uur smorgens onder die brug gekampeerd, hoorde af en toe mensen hun fikkie uitlaten langs mijn tent, wat moet dat er goedkoop uitgezien hebben.
Goed, de laatste dag, ik was al op de Nederlandse grens, ik wilde eigenlijk via de afsluitdijk naar Amsterdam, maar ook daar hing regen in de lucht en ben ik uiteindelijk maar via Hogeveen naar Mariënheem gereden, ik ben nog nooit zo blij geweest weer thuis te zijn.
Met een oude brommer naar het buitenland is erg mooi, je hebt alle vrijheid van de wereld, mag overal door, veel mensen zetten je op de foto omdat het ze herinnert aan hun jeugd, maar aan de andere kant is het wel net te traag, tunnels zijn echt geen pretje, je rijdt buiten Nederland altijd met 80-100 km verkeer mee, heuvels op kun je soms maar 20 km/u en het allerergst is regen. Tijdens regen kun je niks. Ik had wel een regenpak, maar tegen urenlange regen met 50 km/u is niets opgewassen. Toch heeft de Honda ss50 het overleefd, ik moet nu wel een lagertje in het blok vervangen, maar hij kan het zo nog een keer doen. Met een oldtimer brommer naar Noorwegen, 1 keer, nooit weer, maar het was prachtig!

zondag 12 juli 2009

Jongensdroom: Met een oldtimer brommer naar Noorwegen


(link naar de route, foto's zijn een beetje laf, heb mijn camera niet bij me)

Na een week getourd te hebben met een Honda SS50 van Amsterdam naar Mariënheem, door Noord-Duitsland, dwars door Denemarken, langs de Zweedse westkust, ben ik nu eindelijk aangekomen op mijn eindbestemming Fyresdal, Noorwegen, waar Paul Wippert (een oude vriend uit Marienheem) woont. Ik ben al eens eerder in Fyresdal geweest, maar dat was midden in de winter, daarnaast heeft Paul nu een kind, dus alle reden om er heen te gaan. De brommer heeft het erg goed gehouden, op een paar schrammen na is hij ongedeerd uit de strijd gekomen. Zelf heb ik eelt op mijn rechterduim gekregen van het gas geven en had op het einde van elke dag een stijve nek van het vooruit kijken, maar verder ging het eigenlijk allemaal best prima!


De eerste etappe van Amsterdam naar Mariënheem was erg makkelijk, een paar uur rijden, geen heuvels, bekende weg, 125 km. Vanaf Mariënheem ging het de volgende dag verder Duitsland in. Binnen een uur was ik de grens al over en pas toen het al donker begon te worden was ik aan het wildkamperen net over de rivier de Elbe bij Glückstadt, Deze eerste echte etappe was maarliefst 300 km lang (dat is voor een brommer die effectief, dus met stoplichten, dorpjes, kuilen in de weg en fietsende Duitsers op de weg meegerekend 35 km/u aflegt een heel eind! Natuurlijk ga je ook hele stukken 45- 55 km/u, maar soms kun je ook maar 25). De volgende dag had ik als doel om met het pontje van Puttgarden naar Rødby de oversteek naar Denemarken te halen en dat is gelukt, om half 5 stond ik met beide wielen op Deense bodem en ben ik nog zo'n 160 km doorgereden met keiharde wind in de rug tot aan Kopenhagen, de dagafstand was de beste die ik tot nu toe had gehaald, 340 km! Net ten noorden van Kopenhagen heb ik een camping gepakt die mooi aan het strand lag en heb ik heerlijk geslapen!

De volgende dag mocht ik met de brommer de Øresundbrug van Kopenhagen naar Malmö niet over, want dat is een snelweg, dus moest ik naar het noorden van Denemarken rijden, zo'n 40 km door een heel mooi strandgebied, om bij Helsingør een kleine oversteek naar Helsingborg in Zweden te maken. Een stukje Zweden in had ik weinig zin meer om verder te rijden en ben ik na nog eens 40 km een hostel in gedoken.

De dag erna kon ik er weer tegenaan en ben ik zo'n 250 km langs de Zweedse kust gaan rijden, vooral over de toeristische kustroute, die heel erg mooi was. Onderweg nog aardbeien wezen plukken, zie foto, heerlijk! Halverwege de middag kwam ik in een heel mooi gebied terecht bij Marstrand, waar ik uiteindelijk maar een camping heb opgezocht, want ik vond het er echt prachtig. Daar nog een paar biertjes gedronken met drie Brabantse meisjes, een hele mooie zonsondergang gezien en daarna heel lang geslapen.

De laatste etappe in in Zweden was 230 km lang en ging met een fikse omweg, veel zandwegen en veel regen (was voor het eerst dat ik door de regen moest rijden) naar Strömstad, vanwaar ik een boot heb gepakt naar Sandefjord in Noorwegen. Toen ik daar om 11 uur 's avonds aankwam ben ik rechtstreeks naar een hostel gereden en heb ik weer heerlijk geslapen. Na een zeer uitgebreid ontbijt kon ik beginnen aan de laatste etappe.

De laatste etappe was de rit naar Paul Wippert in Fyresdal. Ik had van tevoren niks uitgezocht en om de een of andere reden dacht ik dat Paul in Seljord woonde, dat was namelijk de plek vanwaar ik met Githa op mijn vorige tripje naar Noorwegen ben begonnen met terugliften naar Nederland. Na een mooie rit door Noorwegen kwam ik om een uur of drie aan in Seljord, maar ik herkende helemaal niks, ik ging een beetje rondvragen naar het enige dat ik nog wist, de Steinerskolen, waar Paul werkt...bleek er helemaal geen Steinerskolen te zijn in Seljord. Ik begon erg aan mezelf te twijfelen en na even googlen op Steinerskolen kwam ik er achter dat ik niet in Seljord, maar Fyresdal moest wezen, wat nog 70 km verderop lag! Dit was erg zuur, want ik dacht dat ik er na een week rijden eindelijk was, moest ik ineens nog twee uur rijden en uiteraard begon het toen net te regenen. Op dat laatste stuk kwam ik ook nog eens aan de verkeerde kant van een groot meer terecht, waar de weg ineens ophield....al met al was het laatste stuk dus even doorbijten, maar rond een uur of 6 was ik dan eindelijk bij Paul aangekomen.

Ik zit hier nu al twee dagen, het is hier echt genieten. De eerste avond was hier feest en hebben we de hele avond "beerpong" gespeeld, ik leg nog wel een keer uit wat dat is.Verder de restanten van een hippiefeest bezocht, een beetje rondgewandeld en ik ben gisteren al even wezen vissen op forel, ik als ervaren vissen heb uiteraard niks gevangen, maar het was wel een hele mooie plek aan de rivier. Ik blijf hier de komende paar dagen, in ieder geval t/m 15 juli, want dan ga ik hier mijn 25e verjaardag vieren en de hele dag niets anders doen dan vissen, bier drinken en schieten met Pauls .22 geweer. Verder ga ik de brommer even uit elkaar halen en opnieuw in elkaar zetten, er is de afgelopen week van alles losgetrild, de brommer heeft behoorlijk moeten zwoegen en het kan geen kwaad om alles even te checken. Daarna ben ik van plan nog een stuk door Noorwegen te touren, ik hoop nog een festival mee te kunnen pikken, maar verder heb ik eigenlijk helemaal nog geen plannen gemaakt. Ik moet 4 augustus weer in Nederland zijn en ik heb heel wat opties om thuis te komen. Ik kan vanaf Bergen of Stavanger met een boot naar Newcastle, om vanuit daar met een boot naar Nederland te gaan, of ik ga met een boot van Kristiansand naar Denemarken en rijd vanaf daar naar huis, of ik stuur mijn brommer met een of ander verhuisbedrijf naar Nederland en vlieg naar huis, alles staat nog open.

Tips om mooie plekken of interessante mensen te bezoeken in Noorwegen zijn altijd welkom, dus schroom niet om te mailen en over een goede week zal ik wel weer een verhaal schrijven over hoe het met de trip gaat. Hou het nog even vol in de regen in Nederland!

maandag 18 mei 2009

The West Highland Way...FAIL

Op een zaterdagmiddag vloog ik met Casper Siemes, oud huisgenoot uit Enschede, student Crime Scene Investigation-achtige studie, naar Glasgow in Schotland. In het vliegtuig troffen we een local met de passende achternaam Mc Gregor die ons inwijdde in de ins en outs van Schotland. Eenmaal in Glasgow namen we een bus naar Queen Victoria Station, vanwaar het nog een kwartier met de trein is naar Milngavie (spreek uit: Mil-gui). Klokslag half 6 stonden we voor een supermarkt die Iceland heette, waar ik spontaan Utopiaanse gedachten kreeg en na wat water en voedsel te hebben gekocht kon het eerste deel van de reis beginnen. Casper had heel handig een route uitgeprint en sinds ik mijn lonely planet van Schotland kwijt was geraakt was dit erg handig. Wel was het een tiendaagse planning en we hadden maar 8 dagen. Vanaf half 6 ‘s avonds hebben we 19 kilometer gelopen, we hebben daarvoor zelfs nog een uur in het donker moeten lopen. Geheel voldaan kwamen we op een camping aan bij het dorpje Drymen, alwaar een of ander viswijf maar niet kon ophouden met schreeuwen tegen haar man. De volgende ochtend bij het betalen hebben we de eigenaar nog even gevraagd naar de weersverwachting...zijn woorden: “ Tday.....should be OK, a bah reeny....tmorreh...no good, day after tomorrow....eeehhh...not good....welcome to Scotland.”

Zo handig als Casper die routebeschrijving van de route had geprint, zo onhandig was zijn besluit om de schoenen van zijn vader te lenen voor dit tripje. Dit bleek halverwege dag 2 toen hij voor het eerst in zijn leven ervaarde wat een blaar was. Het laatste stuk van de route viel hem dan ook zwaar en na de looptocht gaf hij dan ook toe weinig van de omgeving gezien te hebben. Het laatste stuk van deze etappe bracht ons naar Rowardennan, een flinke stip op de kaart, maar in werkelijkheid slechts één hostel, één pub en één hotel. Even later zaten we uiteraard heerlijk aan een flinke pint in de pub, waar we ook gegeten hebben. Na een uur of twee was het mooi geweest en hebben we de tent opgezet. Die nacht sloeg het weer om en de dagen daarna hebben we de zon eigenlijk niet meer gezien. Na een inspectie van Caspers voeten moest geconcludeerd worden dat er flink wat Compeed blarenpleisters nodig waren om dit slagveld weer op te lappen. Toen we de volgende dag wakker werden, er van uit gaande dat het een uur of 7 was....bleek het al half 12 te zijn. De tent moest nog worden afgebroken, we moesten nog ontbijten, het regende een beetje, kortom, redelijk oncomfortabel gingen we pas rond half 1 op weg. De rest van de dag hebben we slechts 12 km gelopen. Eenmaal in Inversnaid besloten we, gezien de regen, maar een hostel te pakken. Een vrouw kwam ons oppikken vanaf Inversnaid hotel en bracht ons naar haar hostel, dat in een mooi oud kerkje gevestigd was. Dit was een erg fijne afwisseling van het kamperen in de regen en ook Casper zag het allemaal weer positief in. Er scheen een moeilijk stuk van de route aan te komen, maar we hadden een goede nachtrust en goed te eten gehad, dus van dat stuk route maakten we gehakt. Na twee uurtjes flink klouterend, af en toe bijna rennend met 18 kg op de rug, bereiken we het einde van Loch Lomond, het meer waar we nu al goed twee dagen langs aan het lopen waren, erg mooi. De volgende drie dagen verslechterde het weer, op een gegeven moment kwamen we in een onzettende bui terecht die maar niet op leek te houden, alle stroompjes over de weg werden kniediepe riviertjes, waar je nog net over een paar stenen de overkant kon bereiken. Toen Casper in zo'n stroompje naast zo'n steen stapte en zijn sokken, schoen en voet helemaal nat werden had hij het helemaal gehad. Uiteindelijk zijn we nog wel in Crianlarich aangekomen, “but it wasn't pretty”. Eenmaal in dat stadje kwamen we in zo'n typisch hostel terecht, zo eentje waar niemand heen wil, behalve als er geen andere mogelijkheid is, zo'n hostel met een pinne als receptioniste, een bepaalde tijd dat de deur dicht gaat zodat je niet naar de pub kunt en waar vooral families zitten, echt zo'n gelovig YHA hostel, maar dan in Schotland.

Door al die blaren in combinatie met 18 kg op Caspers rug was hij anders gaan lopen dan normaal, waardoor nu ook nog eens zijn heup enorm pijn begon te doen. Toen we na veel moeite in het volgende dorpje, Tyndrum, aankwamen wilde Casper echt niet meer verder en ik vond het ook niks om in mijn eentje door te gaan, dus hebben we maar besloten om hier te stoppen met de route. Als straf wilde Casper die avond graag de barrekening betalen, daar was ik het wel mee eens, dus werd het nog een gezellige avond, want na flink wat eten in onze, soms wel, soms niet te lange slokdarm te gooien ging het bier er wel in!

De volgende ochtend begonnen we vol goede moed aan het tweede deel van de reis, het enige dat vaststond was dat er een vlucht van Glasgow naar Amsterdam ging op zondag, het was nu donderdag ochtend. We hadden besloten naar Edinburgh te gaan, dat leek ons beiden wel interessant. We zijn gaan liften en ook al was het Caspers eerste keer langs de weg, hij deed wel iets verdomde goed, want na 5 minuten stopte een auto met een Litouws stel dat ons helemaal naar Glasgow wilde rijden, dat lag precies op weg naar Edinburgh. Onderweg bleek dat ze zelfs na Glasgow, dat zo'n 100 km rijden is, helemaal door zouden rijden naar Londen. Toen we dat hoorden begon het een beetje te kriebelen...Londen....800 km verderop...daar woont Gait (een andere oud huisgenoot). Na een kort uitbundig telefoontje hadden we niet meer Edinburgh als reisdoel, maar Londen en ook al vond dat Litouwse stel het en beetje raar dat we onze planning zomaar zo radicaal omgooiden, ze vonden het prima dat we mee reden.

Die avond werden we op 2 minuten lopen van Gait's appartement gedropt door het stel, erg fijn! De rest van de tijd in Londen bestond uit een mooie tijd met Gait, een halve middag slenteren aan de South Bank, een beetje met de Underground van het Brittish museum naar het Science Museum en het Museum of National History en tot slot een drum 'n bass avond in club Fabrique.

Vervolgens stonden we voor de keuze om 800 km terug te liften naar Glasgow, of een losse vlucht van Londen naar Schiphol te boeken. Het werd de laatste optie, zodat ik mooi een halve dag eerder terug kon en nog net de 25e verjaardag van een vriend in Mariënheem mee kon pakken.

Uiteindelijk was het een mooie week, een paar hele mooie stukken van Schotland gezien, jammer dat we de route niet tot het einde gelopen, maar het kon niet anders.

donderdag 23 oktober 2008

Warmte op IJsland

Foto's zijn te vinden in de gallery IJsland Airwaves.
Passende muziek van het Airwaves Festival is hier te vinden.

Al een half jaar radiostilte aan het reisfront. Is er iets a
an de hand? Nee. Juist niet. Sinds april werk ik bij JoHo in Amsterdam en dat bevalt tot nu toe prima. De eerste maanden woonde ik in de wijk Bos en Lommer, in een flatje op drie hoog in een 'cultureel divers' gebied, veel kinderen die 's avonds tot laat op straat voetballen, overal andere geuren rond etenstijd en een plek waar ik mijn laptop nooit te dicht voor het raam zette, maar nooit ergens last van heb gehad. Ik had een heel appartement voor mezelf dus besloot ik een kamer beschikbaar te stellen voor couchsurfers. Couchsurfers zijn reizigers die een lokaal tintje willen geven aan hun reis. Via couchsurfing.com zoeken ze lokale mensen die genoeg ruimte hebben voor een luchtbedje of matras en die het niet erg vinden als er af en toe voor ze gekookt wordt. Op deze manier heb ik afgelopen zomer zo'n 15 reizigers over de vloer gehad, sommigen voor één nachtje, sommigen voor een hele week, sommigen spraken Frans, sommigen niet, sommigen brachten IJslandse snoepjes mee, sommigen een hele tandem. Zo had ik dus op een gegeven moment Guðný, Álfheidur en Elva op bezoek, drie IJslandse meisjes van 19 en 20 jaar oud die aan het begin stonden van een interrail trip door Europa. Over mijn belevenissen bij hun thuis gaat dit verhaal.

Het begon allemaal in Nederland waar ik, inmiddels woonachtig in de wijk westerpark, van iemand vaag iets hoorde over een festival op IJsland. Ook had ik de film Heima van Sigur Rós onlangs gezien. Toevallig kreeg ik nog diezelfde dag bericht dat ik 8 vakantiedagen op moest maken dit jaar en dat dat het best in Oktober kon. Ik ging eens kijken naar de website van het festival en na die nacht niet te hebben kunnen slapen van de opwinding, een ticket te hebben geboekt en ook die nacht nog Herman (zie tripje Idylische trip door het Iberische schiereiland) medegedeeld had 'dat we naar IJsland gingen' was het allemaal rond.

Zo stond ik dus vorige week na een vlucht van drie uur warm ingepakt op het busstation van Reykjavik. Ik werd opgepikt door Guðný, die ik van tevoren had ingelicht over onze komst. Ze had geregeld dat ik de hele week bij haar en haar ouders thuis kon slapen.

Na een korte kennismaking met haar familie lag ik twee uur later met alle drie de meiden in een door een heetwaterbron verwarmd stomend bubbelbad in de bijna vriezende buitenlucht te genieten van mijn keuze om naar IJsland te gaan.

De volgende dag heb ik Reykjavik een beetje verkend per fiets, heb de festival armbandjes opgehaald en ben 's avonds met Álfheidur naar onder andere Our Lives, Hjaltalin, Retro Stefson, Reykjavik! en For a Minor Reflection geweest op de eerste avond van het Airwaves festival.

Na de volgende dag Herman opgepikt te hebben volgden drie dagen van een erg fijne mix van IJslandse warmte, voedsel en IJslands beste muziek. Elke avond ging het festival vol los, onder andere optredens gezien van Ane Brun, Ólafur Arnalds, Parachutes, Ultra Mega Technobandið Stefán, Ben Frost, Amiina, Motion Boys, Mammút, Robots in Disguise en FM Belfast. De dagen en avonden zaten vol met bijvoorbeeld goede gesprekken over de walvisvangst op IJsland, waaruit blijkt dat het de IJslanders niet om de walvis gaat, maar om het feit dat niemand ze iets op dient te leggen. Er zijn wel meer eigenaardige dingen over IJslanders te vertellen, zo eten ze lamshoofd alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Nederland heeft boerenkool, zij hebben lamshoofd. De ouders van Álfheidur hadden Herman en mij uitgenodigd om zo'n unit te komen verorberen dus op een gegeven moment had ik ook een stuk wang, tong, snuit en Herman zelfs het binnenste van een oog op de vork. Een lam zal voor mij nooit meer hetzelfde zijn.

IJsland heeft het op dit moment zwaar te verduren door de financiële crisis. Het resultaat is een vallende IJslandse Kroon en veel IJslanders die al hun spaargeld in rook op hebben zien gaan in twee weken tijd. De media dikt dit allemaal nog even lekker aan, door schouder-ophalende journalisten voor een pinautomaat te zetten en die camera eens even flink in te zoomen op dat afgebladerde stukje dak aan dat random huis in Reykjavik. Feit is echter dat je gewoon kunt pinnen en er op straat helemaal niets van merkt. Wel is het zo dat je veel meer Kronen voor je Euro's krijgt, waardoor een halve liter bier nu niet 9, maar 5 euro kost. Natuurlijk zijn er veel mensen die hierdoor financieel in de moeilijkheden komen, maar het algemene beeld van de IJslanders is dat ze het allemaal aan hebben zien komen, ze beseffen zich maar al te goed dat ze de afgelopen jaren flink boven hun stand hebben geleefd en dat het niet zo verkeerd is om eens met de neus op de feiten gedrukt te worden. Er wordt gehoopt op een oplossing waardoor IJsland er weer bovenop komt en toch vrij en onafhankelijk blijft. Om een gevoel van samenhorigheid te creëren is er tijdens het festival een drumsessie gepland waar 'heel Reykjavik' weer in één maat gaat drummen, natuurlijk hebben we daar flink aan meegedrumd en kregen zelfs nog een dikke tv camera van een of ander Noors televisiestation in onze snoet.

Na het festival hebben we een tripje gemaakt van Reykjavik naar Vík in het zuiden van IJsland. Een fikse Jeep bracht ons via Road 1 langs uitgestrekte gletsjertongen, immense watervallen, zwarte lavastranden en kuddes schapen die er nu anders uitzagen dan voorheen. De combinatie van adembenemende landschappen die gevaarlijk in de buurt komen van hun Nieuw Zeelandse tegenhangers, een heel fijn gezelschap en een perfect weertje maakten deze dag tot een van de beste van de trip.

Voor Herman was het tijd om te vertrekken en daarna heb ik op mijn laatste sneeuwige dag erg rustig aan gedaan. Na een bakkie warme chocolademelk in een woonkamer van een oude hippie met pink floyd trui, heb ik alvast afscheid genomen van Elva, ze moest weer naar school. Vervolgens heb ik een vintage IJslandse trui met rendieren aangeschaft bij de lokale hippe tweedehands toko en ben ik met een tas vol IJslands Skyr en Þristur voor de laatste keer uit Reykjavik terug gefietst naar het huis van Guðný. 's Avonds zijn we nog voor een laatste keer naar het zwem/bubbelbad gegaan en na een heerlijk Ijsje moest ik ook afscheid nemen van Álfheidur. Tas inpakken, stukje schrijven in het gastenboek en slapen.

De volgende ochtend werd ik om vijf uur 's morgens door Guðný naar het busstation gebracht, waarna ik ook van haar afscheid moest nemen. IJsland heeft een vaste plek gekregen in mijn lijstje met favorieten plekken op aarde. Wat een fijne mensen, wat een mooie natuur, wat een warmte. In IJsland.

Thuis met wat internationale gasten.
vlnr Gerben, Michelle, Anders, Herjen

dinsdag 6 mei 2008

Zo duur als het bier is, zo mooi zijn de vrouwen

vlnr: Louisa, Ik, Herjen en Katrine

"Hey Stefan, wil je 5 dgn mee nr Kopenhagen, of ben je nog druk met werk zoeken? Gr. H" afzender: Herjen O.

En zo begon het. Ik had geen reden om nee te zeggen, ik had net te horen gekregen dat ik per 13 Mei kon beginnen met werken bij JoHo (www.joho.nl) in Leiden. Daarover aan het eind meer, want dit reisverslag is tevens een oproep om woonruimte te vinden in Amsterdam.

Anyway, op koninginnendag 2008 begon het tripje. Om een uur of 12 's middags stond Herjen (in Australië leren kennen, werkt als interaction designer en heeft een auto van de zaak) in zijn babyblauwe Citroën C3 op de oprit. Na een gebakken eitje zijn we maar op weg gegaan, met als doel drie dagen later in Kopenhagen aan te komen om een vriendin van Herjen op te zoeken. De eerste paar honderd kilometer gingen met een mooi tempo om vervolgens rond zonsondergang net voor de Deense grens uit te komen. Het plan was om de eerste nacht te gaan wildkamperen en al snel dwaalden we over de landweggetjes van het Noord-Duitse land. De eerste plek was heel mooi beschut, net onder een enorme windmolen, maar toen we uit de auto stapten bleek het toch niet zo heel plezierig te zijn om onder wieken te staan die met een paar honderd kilometer per uur voorbij komen razen. Een kwartier later, na een hert en een paar konijnen te hebben ontweken kwamen we aan in een verlaten weilandje, waar we uiteindelijk de tent hebben opgezet.

De volgende dag hebben we langs de Deense westkust getoerd, mooie omgeving, lekker weer, maar de zee bleek na een duik van 10 seconden en een hap zout VEEL te koud. Na een tip van een lokaal VVV meisje zijn we naar Odense op het eiland Fünen gereden. Odense is een harstikke mooie stad, maar we werden wel even flink met onze neus op de feiten gedrukt toen we onze eerste twee biertjes bestelden en aan 15 Euro niet genoeg bleken te hebben. Toen er ook nog eens een Robbie Williams coverband begon te spelen was het de hoogste tijd om naar een ander café te verkassen. Na een paar uur onze ogen uitgekeken te hebben vond ik het wel weer mooi geweest, Herjen was met een oude fiets aan het dansen en zag daar wel potentie in, dus ben ik maar in mijn eentje op het hostel aan gegaan. Een luttel uur later kwam Herjen toch ook naar het hostel.

De trip van Odense naar Kopenhagen verliep heel soepel, via een tolweg stonden we in zo'n twee uur in de hoofdstad van Denemarken. Na een telefoontje met ons reisdoel Katrine bleek dat ze nog aan het werk was, maar wij welkom waren om bij haar werk langs te komen. Ze bleek in een restaurantje in een groot park te werken en een paar uur en een regenbui later zijn we van daar vertrokken naar een prima kelderbarretje met hippie muziek. Die avond zijn we de stad in gegaan en beland in een rock bar waar een AC/DC-achtige band zeer prima werk verrichtte. Zeer moe en voldaan was het de hoogste tijd om naast Katrine in slaap te vallen.

De laatste dag in Kopenhagen was heel erg relaxed. Via een flinke wandeling door de hippie wijk Christiana (been there, done that) zijn we gaan zonnen in Nyhavn. Eenmaal daar werden we vergezeld door Michelle (incl. gitaar) en Louisa, vriendinnen van Katrine. Michelle Djarling is een soort van singer/songwriter/producer en had net een nummer opgenomen met een groep vriendinnen op bachelorparty, ook die groep kwam ons vergezellen en het gezellige resultaat is het best samen te vatten met het volgende filmpje:




Na een pizza in het park was het weer tijd om te stappen. Omdat we de volgende ochtend vertrokken hebben we het niet heel laat gemaakt. Hoe goed die bedoeling ook was, ik heb bijna niet geslapen die nacht...

De terugweg ging redelijk soepel, we zijn een stuk met de boot gegaan en omdat TomTom ons om een paar files heeft geleid kwamen we rond een uur of 8 in Mariëheem aan. Zo kwam ook dit tripje weer tot een eind en kan ik nog een week van mijn vrijheid genieten, voordat ik volgende week begin met werken!

Dit bericht heeft een dubbele inhoud, ten eerste is het natuurlijk het verslag van het tripje, maar ik ben ook hard op zoek naar woonruimte in Amsterdam. Ik ga in Leiden werken en het is maar een half uur met de trein naar Amsterdam. Ik ga me morgen aanmelden bij Zwerfkei en AdHoc (antikraak), maar als iemand woonruimte (huur of onderhuur) in Amsterdam weet, laat het me aub weten! Ook kan ik best eerst een half jaar in een straal van 30 min. om Leiden gaan wonen, maar als ik in één keer in Amsterdam tercht kan is dat natuurlijk nog mooier!

Reacties kunnen naar info@stefanruiter.nl of reageer op dit bericht!

zaterdag 5 januari 2008

Met de lange onderbroek liften in Noorwegen


[Nieuwe foto's in de gallery 05-01-08 Noorwegen]
Koud, dat was het vooral. Met Githa Schrijver, 25 jaar, kunstenares, kinderboeken illustratrice, uit Broekland, woont in Zwolle, ben ik met oud en nieuw op bezoek geweest bij een oud-klasgenoot van de basisschool, Paul Wippert. De heenweg ging met treinen, bussen en het vliegtuig. De terugweg ging liftend per auto, truck, boot en bus.

Het begon allemaal op 30 december 2007. De heenweg was goed voorbereid, treintijden genoteerd, vluchtnummer uitgeprint, het ging dan ook allemaal erg soepel. De eerste trein ging naar Enschede. Van Enschede pakten we de trein naar Münster, die gratis bleek te zijn omdat de ticketmachine geen briefgeld accepteerde. Vanuit Münster pakten we de ICE naar Bremen, vanwaaruit we vlogen. Op het vliegveld van Bremen heb je een hele mooie vertrekhal voor allerlei maatschappijen, met daarnaast een afgetrapte, overvolle en zeer lelijke loods van Ryanair. Wij vlogen met Ryanair. Na een uur hadden we eindelijk onze boardingpass en de rest van de vlucht verliep prima, om een uur of vijf waren we in Oslo Torp. Om half negen vertrok onze bus pas, maar na een paar uurtjes rondhangen konden we eindelijk van het vliegveld weg. De bus bracht ons in dik twee uur naar het plaatsje Seljord, waar Paul met een mooie vierkante oude Volvo klaarstond om ons het laatste stuk mee te nemen. Na een uurtje slipperig door de Noorse middle of nowhere gereden te hebben kwamen we om half één aan bij zijn huis. Even was er nog tijd om een broodje kaas weg te eten, maar daarna was er alle behoefte om het bed in te duiken.

Paul woont met zijn vriendin Romina ,zijn hond Marie, een stel kippen, vissen, katten, koeien en varkens op het terrein van een internaat, de Foldsæ Steinerskole, een soort vrije school met ecologische insteek. Zijn werk is het onderhouden van het boerderij gedeelte van het internaat. Ook zijn zusje Eline en haar vriend Matthias werken op het internaat, maar dan als tuinman en tuinvrouw. Ja, de volgende dag stond ik ook in een overalletje stront te schuiven en koeien te voeren. Maargoed, de volgende dag was het dus de 31e, oudejaarsavond, reden voor een feestje. De dag bestond uit het voorbereiden van het eten, koeien melken en oppassen dat je niet op je bek ging met al die gladheid overal. ‘s Avonds kwamen een paar vrienden van Paul naar Eline’s huis en het werd er een gezellige dronken bedoeling. Een van die dronken vrienden sloeg Paul op een gegeven moment in zijn ballen, waardoor de avond als thema kreeg: “just don’t hit me in the balls”. Rond twaalf uur was er wat vuurwerk, werd er een beetje heen en weer omhelsd en werd er flink gepocht over wie nou de mooiste vuurpijl had, je kent dat wel.

De ochtend van nieuwjaarsdag heeft niemand meegemaakt, iedereen werd pas in de middag wakker, behalve Eline en Matthias, die moesten melken. De eerste dag van het nieuwe jaar werd een luie bedoeling met als afsluiting een uur om een kampvuurtje in het bos waar we Paul's zelf gevangen forellen bakten en op aten. Erg idyllisch, nog kouder.

Op 2 januari was het weer mooi geweest bij Paul en begonnen we aan de terugreis. In tegenstelling tot de perfect geplande heenreis ontbrak nu enig plan. Met een week de tijd leek het prima mogelijk om naar Nederland terug te liften. Eerst moesten we echter uit dit afgelegen gebied komen en hebben we een bus van een uur genomen naar Seljord, een dorpje waar in ieder geval een aantal auto’s rijden. Het was nog donker, zo vroeg, dus liften was een beetje lastig. Eerst hebben we het even geprobeerd bij een tankstation, maar toen succes uitbleef en het licht begon te worden werd het tijd om langs de weg te gaan staan. Met de lange onderbroek en een Russisch ogende muts was het prima toeven en na een goed half uur hadden we onze eerste lift te pakken. Twee vrouwen brachten ons naar Bø. Vanuit Bø kregen we een lift van een hippie vrouw en haar zoon die ons uitnodigden voor een bak koffie in hun huis aan een meertje. Dat klonk prima en het was dan ook een prima bak koffie met een nog beter uitzicht. Vervolgens bracht de vrouw ons naar het dorp Notodden, vanwaar we na twee km langs een snelweg lopen een lift kregen helemaal naar Oslo. We werden opgepikt door twee studenten van de kunstacademie, een lief meisje en een gast met een blauw fluorescerende jas, in een net-niet-volkswagen-busje, te retro. In Oslo brachten ze ons tot aan het hoofd busstation vanwaar we een paar opties hadden. We konden met een nachtbus helemaal naar Kopenhagen, met de trein naar Göteborg, liften via west Zweden of met de boot naar Denemarken. De bus leek een mooie optie, maar deze was volgeboekt en paste niet echt in het ‘liften’ plaatje. We zijn naar de haven gelopen om te zien dat Stena line, de grootste boot maatschappij gesloten was dus die optie viel ook af. De trein naar Göteborg zou om 12 uur 's nachts aankomen, waardoor je daar weer vast komt te zitten, dus we besloten eerst even wat te gaan eten. Onderweg naar het eten zag ik toevallig een bordje bij een bus platform met daarop “Frederikshavn”... en ik snapte niet hoe dat kon, sinds er 300 km zee tussen Oslo en Frederikshavn in Denemarken lag. Dus ik vroeg een oud vrouwtje hoe dat zat en het bleek dat deze bus naar een boot ging die diezelfde avond nog naar Denemarken ging. Ze dacht dat er misschien nog wel plek op de boot zou zijn en dus gingen we op de bonnefooi met de bus mee naar de boot. Eenmaal in de haven begon de vrouw te praten over een vriendin die mee ging op de boot, die misschien nog wel een waardebon bij haar had voor de boot. Die waardebon was nog maar heel kort geldig en ze hadden er zelf niks aan en ze wist niet zeker of het wel zou werken. Nou, na een paar minuten kwam ze inderdaad aan met een bon met wat Noorse tekst. Ik leverde de bon vol ongeloof in bij de ticket balie...vijf minuten later had ik een cabin voor vier personen en twee tickets voor de boot, gratis! Op de boot als koning te rijk op het panorama deck genoten van het uitzicht over Oslo, de vrouw bedankt, heerlijk geslapen en twaalf uur later zetten we voet aan wal in Frederikshavn in Denemarken.

Liftdag twee, 3 januari, het waaide keihard en het was erg koud in Denemarken. Met een mooi liftbordje stonden we langs de stroom van 200 auto’s die van de boot af reden. Iedereen ging naar het zuiden en het had er alle schijn van dat we snel een lift kregen. Niets was echter minder waar. Niemand nam ons mee, daar sta je dan, helemaal in noord Denemarken. We zijn maar een stuk gaan lopen en na een half uur werden we gelukkig opgepikt door een Deen in een gloednieuwe 807 met schuifdeur. De Deen bracht ons naar Aalborg, maar de locatie was niet erg goed, we stonden bij een rotonde bij een oprit van de snelweg, de weg was erg glad en iedereen moest opletten waar hij reed dus werden we niet echt opgemerkt. Toch stopte er na een kwartier een Aziatische standbouwer. Hij bracht ons naar een grote parkeerplaats langs de snelweg die helemaal richting Zuid Duitsland ging. Van daar uit hadden we heel snel een nieuwe lift, van een Deense man die in Thailand woonde, maar nu voor kerst en oud en nieuw thuis was. In een dikke mercedes bracht hij ons naar Århus. De laatste lift van de dag bracht ons in een lege bus naar een truckstop aan de Deens-Duitse grens bij Padborg. Bij deze truckstop hadden we weinig geluk met het vinden van een lift naar Duitsland, iedereen ging naar het noorden. We besloten maar te blijven slapen voor 40 euro. Die avond kwamen we wel een 21 jarige Nederlandse trucker tegen met zijn vriendin die ons de volgende ochtend om zes uur mee wilde nemen tot aan Zwolle, dat klonk ons als muziek in de oren.

De volgende ochtend stonden we om vijf over zes in het afgesproken restaurant, een beetje aan de late kant want ik had het sleutelpasje in de kamer laten liggen....resultaat, de trucker en zijn vriendin waren hem gevlogen... ZUUR! Dus maar weer op zoek naar truckers. Uiteindelijk een Pool gevonden en na lang wachten ging hij eindelijk om kwart over negen rijden. Hij bracht ons 150 km verder, tot aan een rasthof net voor Hamburg. Eenmaal daar hebben we eerst rustig een bakkie koffie gedronken, een bordje gemaakt met Bremen er op en wilden we net beginnen met liften toen we twee Nederlandse auto’s zagen staan. Gelijk maar even gevraagd of ze toevallig naar Nederland gingen en plek over hadden voor twee lifters....en het was gelijk raak! Een stel dat dicht bij het Sonsbeek in Arnhem woont pikte ons op en bracht ons helemaal naar Deventer. Voor hun was het niet om en wij waren al bijna thuis. Alsof ons geluk niet op kon liepen we vijf minuten door Deventer waar we toevallig Githa d’r vader tegenkwamen en zo stond ik een half uur later in Mariënheem!

Kortom, het was weer een mooi tripje, uiteindelijk heeft het zes dagen geduurd, zijn we in drie dagen terug gelift en heeft het hele tripje inclusief vlucht, vervoer, eten, cadeautjes en andere ongein 260 euro pp gekost, heerlijk!

dinsdag 28 augustus 2007

Van rauw Laos via Bangkok naar Mariënheem

[Nieuwe foto's in de gallery 28-08-07 Laos]
Het laatste verhaal eindigde in Udomxai, een rauw stadje in het noorden van Laos. De ochtend na het schrijven van het laatste bericht kwam ik een erg interessant persoon tegen, Tom (44) uit Ierland, die vanuit Ierland naar Australië aan het reizen was zonder te vliegen. Wat een held. Na wat verhalen over en weer zijn we de tempel van Udomxai aan het bekijken gegaan. Boven op de tempelberg kwamen we een leerling monnik tegen die ons uitnodigde naar zijn tempel te komen die 7 km van Udomxai lag. Snel een fiets gehuurd en daar ging het heen, heuvel op, heuvel af, bamboe bruggetje over, twee keer links, drie keer bellen voor de koeien en we waren er. Eenmaal daar hebben we in zijn hutje met nog een paar andere leerling monniken wat fruit gegeten en gingen de verhalen uiteraard weer heen en weer. Na een uur hebben we de leerling monnik geld gegeven om een woordenboek Lao-Engels te kopen en gingen we net voor het donker weer terug, want we hadden met een paar Spaans sprekende mensen afgesproken. Die avond werd het nog heel gezellig en uiteindelijk zijn we op een festivalletje beland waar het hele stadje bij elkaar kwam om kaarsen aan te steken bij een grote Boeddha.

Na drie dagen Udomxai was het mooi geweest, ik had Tom verteld over mijn plan om naar Ban Na te gaan, een afgelegen dorpje waarvoor je eerst met de bus naar Nong Khiaw (4 uur) moet, vervolgens met de boot naar Muong Ngoi (1 uur) en vanaf daar per voet nog twee uur door de rijstvelden. Tom's interesse was gewekt, want hij was er nog nooit geweest en 's ochtend ging er een bus naar Nong Khiaw. In de bus zaten al een aantal Laotianen, maar ook een kerel waarvan menigeen zou zeggen dat hij een enorme geestelijke wond heeft. Ja, een volle baard waar je U tegen zegt, maar eenmaal onderweg bleek het een hele geschikte kerel te zijn, Armin genaamd, uit Italië, spreekt Duits en heeft thuis een commodore 64. Het eerste stuk met de bus ging zonder problemen, behalve dat er weer eens een kind haar maagsappen niet binnen kon houden, wat een lucht. Gelukkig had ik nog wierrook bij me en toen ik dat aanstak midden in de bus keek menig Laotiaan me opgelucht aan. Eenmaal in Nong Khaiw bleek dat het een erg klein dorpje was dat gebouwd was om een brug. Het begon te regenen, maar we hadden nog een boot trip van een uur voor de boeg. De boot bleek een dak te hebben, dus de regen was geen probleem en een goed uur later zetten we voet aan wal in het dorpje Muong Ngoi. Gelijk kwam ons een lichtelijk krankzinnig, maar zeer schoon ogend meisje tegemoet om ons naar haar guesthouse te leiden. Het bleek het beste guesthouse in het dorp en voor maar 3 dollar per kamer was de keuze snel gemaakt. In Muong Ngoi vind je geen auto's, geen asfalt, geen straatlantaarns en al helemaal geen tuktuk's. Nu is dat ook nergens voor nodig, want het hele dorp zit aan één straat en er gaat één pad de jungle in om via een grot bij wat afgelegen dorpjes als Ban Na te komen. In het guesthouse zijn we wat leuke mensen tegengekomen en dat in combinatie met goedkoop, goed eten en drinken werd het een gezellige avond. De volgende dag zijn we in zo'n twee uur via een 'pad' door de rijstvelden naar Ban Na gelopen. Er zou daar een schooltje gevestigd zijn dat door Nederlanders werd gerund, het schooltje heb ik gevonden, maar de Nederlanders waren net die dag op bezoek bij een ander dorpje, jammer. Na wat gedronken te hebben zijn we terug gaan lopen om via de grot net in de laatste tien minuten zeiknat te regenen. Mijn schoenen kreeg ik in de vier dagen daarna niet droog, zo vochtig was alles.

Na twee dagen in Muong Ngoi was het mooi geweest en begon mijn terugweg naar huis...een raar moment, wetend dat je vanaf dat moment een week lang alleen maar dichter bij huis komt. Met Tom en Armin ben ik naar Luang Prabang gegaan, de enige ontwikkelde stad op de hoofdstad Vientiane na, waar ik in Laos zou komen. Twee dagen rondkijken was voor mij genoeg om afscheid te nemen en de laatste bus van dit tripje richting Vientiane te pakken. In Vientiane heb ik een goedkoop stapelbed geboekt en bedacht ik me dat ik de businesscard van die mijnbaas nog in mijn portemonnee had. Ik belde de beste man en een uur later stond hij voor mijn guesthouse om een pilsje te gaan drinken. Na twee pilsjes in de open lucht vroeg hij of ik eens wilde zien hoe hij met zijn vrienden altijd stapt. Natuurlijk wilde ik dat zien en voor ik het wist zat ik in een vervallen toko naar een raar tafereel te staren. Ik was in een karaoke bar beland, maar niet zo maar een, in deze karaoke bar kreeg je een meisje bij je drankje. Naast elke vieze oude man zat een jong meisje die ze voor 2 dollar per uur mochten 'aaien'...en meer voor meer geld. Ik werd er lichtelijk onpasselijk van, maar gelukkig werd er geen meisje aan mij opgedrongen, wel aangeboden. Die mijnbaas zat er vrolijk bij met zijn colaatje en zijn vrienden hadden het allemaal naar hun zin, maar ik had me wel eens beter vermaakt. Wel ben ik nog even aan de praat geweest met één van die meisjes en het bleek dat ze het puur deed voor haar studie...gekkenwerk. Nouja, dat ook weer gezien en na een uur was het ook voorbij, de toko ging sluiten en de mijnbaas bracht me netjes naar mijn guesthouse. We hadden de volgende ochtend afgesproken want hij wilde me nog traditioneel Vietnamees ontbijt laten proberen. Toen ik terug kwam in mijn guesthouse kwam de receptioniste naar me toe en deelde me mee dat ik een 'room upgrade' had gekregen, van mijn stapelbedje ging ik naar een ruim bed met tv, warm water, airco, alles, had die kerel geregeld, prima! De volgende ochtend ontbijt was ook goed toeven en tenslotte heeft hij zelfs een treinticket voor me gekocht naar Bangkok, die kerel heeft geld teveel.

De grensovergang van Laos naar Thailand ging heel wat makkelijker dan die van Cambodja naar Laos en na zo'n tien minuten was ik gestempeld en wel in Thailand. Ik kreeg een lift naar het treinstation van een politieagent en eenmaal daar moest ik vier uur wachten totdat de trein vertrok. Aan de overkant van de weg hoorde ik iets dat ik in geen vier maanden meer gehoord had, Pink Floyd. Ik werd erg blij en volgde de muziek. Het bleek dat tegenover het station een man woonde die muziekfanaat was. Hij had 10.000 nummers op zijn computer staan en toen ik met hem aan de praat kwam en hem heel wat nieuwe muziek kon aanbieden werd het gezellig. Na vier uur vol flamenco, oude rock en cafebar 401 ging mijn trein naar Bangkok en liet ik de beste man met een brede glimlach achter.

In de trein kwam ik een heel aantal Nederlanders tegen en na een goede nachtrust kwamen we 's morgens om een uur of 7 in Bangkok aan. Ik had een guesthouse in een rustige buurt geboekt voor vier dagen, ben vier dagen aan het ronddwalen geweest door de stad. Bangkok is enorm, westers en was na vier maanden zonder dit soort dingen zowel een verademing als een shock. Zo heb je daar de McDelivery, kwestie van '1711' bellen, zeggen welk hotel je zit, zeggen welk McMenu je wilt en hopsakee, 5 minuten later komen ze het brengen. Ik kwam op de laatste avond nog een leuke meid tegen waarmee ik naar het vliegveld ben gegaan, want ze vloog ook die avond vanuit Bangkok weg, maar verder was de stad tegen mij behoorlijk onpersoonlijk.

De vlucht verliep soepel, na een tussenstop van 4 uur in Dubai kwam ik 's middags in Düsseldorf aan. Ik had Marije (een goede vriendin) verteld dat ik een dag eerder dan aangekondigd terug zou komen en vervolgens bood ze aan om me te komen oppikken. Ze hield zich aan d'r belofte en een uurtje na de landing en een bak koffie zaten we op de autobahn richting Nederland. In Deventer werd ik afgezet want Marije kreeg nog bezoek en van daar uit werd ik door Maikel opgepikt die me naar Mariënheem bracht. Onderweg had ik mijn moeder toevallig al zien lopen, dus bij thuiskomst was alleen mijn zusje er. Toen ook zij weg was heb ik het huis volgezet met souvenirs en ben ik zelf maar weg gegaan, om een uur later terug te komen en mijn moeder vol verbazing aan te treffen, dat was heel grappig.

Een dag na terugkomst barstte het Luttenbergs feest los, 3 dagen daar, 2 nachten in een tent bij Michel van Theo van de Dodde geslapen, vervolgens met een zere keel begonnen aan 6 dagen Lowlands in Biddinghuizen (3 dag artiestenvervoer, 3 dagen afbreken), daar ging de zere keel al snel over, dagje rust om vervolgens door te stromen naar Stöppelhaene in Raalte....en nu eigelijk de tweede dag dat ik niks te doen heb en met mijn verslag voor de opdracht bezig kan.

De komende twee weken wil ik druk met het verslag van de opdracht in Cambodja bezig om in September of Oktober mijn diploma te krijgen. Voor Cambodja had ik in de planning staan om in Delft door te studeren in de richting 'design for interaction', maar daar ben ik op terug gekomen. Er zijn nog een aantal richtingen die ik minstens zo leuk vind dus ga ik eerst even goed bekijken waar ik nou echt in door wil.

De komende tijd ligt dus helemaal open, wellicht ontbloeien er nog een aantal reisverhalen uit die onzekerheid.

woensdag 1 augustus 2007

Southern Laos, Lowland paradise


[meer foto's komen als ik in Nederland ben...]
Wat is het hier mooi! Op dit moment zit in in Udomxai, in het ruige noorden van Laos, op ongeveer 50 km van China. Laos ligt net boven Cambodja en grenst met Burma, Thailand, China, Vietnam en Cambodja. De afgelopen anderhalve week ben ik van Sre Ampil in een heel relaxed tempo omhoog gereisd. Sommige stukken in mn eentje, sommige stukken met de meest vreemde mensen. Immense mekong watervallen, prachtige rotsformaties, duizenden rijstvelden, 2000 meter hoge bergen, Budda's, monniken, tempels, hele open locals, lao-lao, noem maar op, het komt hieronder allemaal voorbij.

Natuurlijk begint het allemaal bij Kamworks in Sre Ampil. De laatste week ging de vaart er flink in, ik heb zelfs een nacht doorgetrokken. Resultaat, de opdacht is af en ik ben er trots op! Wel moet ik alles nog in een verslag verwerken, maar dat kan allemaal prima in Nederland. De laatste week zat vol feestjes, heel gezellig! Het was zelfs dubbel feest, ik was jarig en ook nog eens klaar met de opdracht, heerlijk. Goed, op mn afscheid zijn we nog met al het kamworks personeel een fruitshake wezen drinken, heel gaaf, we gingen in de kamworks tuktuk, gevolgd door een paar brommertjes.

Anyway, toen begon het. Cheap-o-hotelletje in Phnom Penh om de volgende dag om 07:00 uur op een bus te stappen naar Stung Treng. Pokke eind, niemand die engels sprak en helsche karaoke muziek knalde weer uit de luidsprekers. Eenmaal in Stung Treng een riverside guesthouse gevonden met een aantal rondtrekkende lui, waarmee het die avond nog heel gezellig werd. Onder hen waren drie Fransen (Royal with cheese) en Omry, een Israelische jongen, waarmee ik verder besloot te reizen. De volgende dag was het eerst 2 uur naar de grens, alwaar ik wat 'tegenwind' ondervond. Ik heb namelijk een visum van drie maanden dat op 20 juli afloopt. Op 19 juli was ik op de grens, dus je zou verwachten dat alles koek en ei was. Niets was echter minder waar, bij het binnenkomen van Cambodja had ik een stempel gekregen die maar 1 maand geldig bleek te zijn. Die stempel zat verstopt achter een ingeniet stukje papier en was mij dus nooit opgevallen. Volgens die stempel mocht ik maar tot 19 mei in Cambodja blijven en was ik dus 60 dagen illegaal in het land geweest. Daar konden ze niet zo om lachen. Volgens de wet moet je 5 dollar per dag 'overstay' betalen en zo had ik dus een boete van 300 dollar aan mn kont hangen. Daar kon ik dan weer niet om lachen. Daarnaast stond er ook een bus met mensen op me te wachten die prima begrepen in welke situatie ik me bevond er ook heel geduldig waren, maar toch he...Met een tolk ben ik op de man met de meeste strepen afgestapt. Omkopen was geen optie want er stond een groep van zo'n 8 agenten in mijn nek te hijgen. Uiteindelijk heb ik de prijs omlaag weten te krijgen naar 150 dollar, waar ik maar mee akkoord ging. Dit was absoluut het meeste wat ik er in een half uur uit kon halen. Goed, dat waren een heel aantal ribben uit mn lijf en met nog maar 50 dollar op zak ging de reis verder naar het eiland Don Det. Twee uur in de bus en een kort boottochtje later waren we er.

Twee dagen Don Det bestond uit veel relaxen en een survival/fietstocht van een ochtend waarin je soms met de fiets op je schouders een kolkende rivier moest oversteken over drie bamboe stokken of een gebogen stuk rails, erg gaaf! Na twee dagen op dit paradijselijke eiland ging ik met Omry verder richting Pakse.

In Pakse splitste ik weer van Omry, heb ik een motor gehuurd en heb ik in twee dagen een tocht van zo'n 330 km gemaakt over het Bolaven plateau, een vruchtbaar gebied op zo'n 1000 meter hoogte, bekend om zijn koffie plantages en enorme watervallen. Ook de overnachting was erg gaaf, ik had in Pakse van twee Duitsers een tip gekregen over een familie die naast een 300 meter brede waterval woont en daar 5 bungalows heeft gebouwd. Eenmaal daar was het zo ontzettend mooi! Met wat vrienden van de eigenaar hebben we een paar biertjes en wat lao-lao gedronken, een lokale rijst-whiskey, dat hakte er flink in. Daarna ben ik nog een half uur met de eigenaar gaan zwemmen, dicht onder de waterval, sterke stroming, maar o zo gaaf. Na een fikse maaltijd kon ik maar al te lekker slapen in mijn bungalow met uitzicht op de waterval! De volgende dag de familie hartelijk bedankt en de terugreis naar Pakse gemaakt. Ik weet nu ook waarom het zo vruchtbaar is op het plateau, alle wolken worden er samengeperst, waardoor het enorm veel regent en ik kwam dus ook nat tot op het bot in Pakse aan. 's Avonds weer een paar interessante mensen tegengekomen die wild enthousiast waren over de bergen en grotten ten oosten van Tha Khaek...ja, ik had weer een nieuwe bestemming.

De busrit naar Tha Khaek was slopend, 10 uur lang, stoppend bij elk dorpje waar dan weer zo'n 20 schreeuwende verkopers de bus binnen komen stormen en je gebakken kip, eieren, krekels en mais om de oren gooien, slopend, maar wel erg Lao. In totaal ben ik drie dagen in Tha Khaek geweest, de eerste dag ben ik gaan zwemmen met een stel uit Israel bij Tha Falang, een mooi stuk rivier tussen de bergen. De dag erna hebben we een tuktuk gehuurd die ons naar vier grotten bracht. Soms moest het laatste stuk nog per boot of wadend door water volbracht worden, erg mooi. Na drie dagen Tha Khaek was het wel weer mooi geweest en heb ik de kaart er eens bij gepakt. Ik wilde naar het noorden, hoge bergen zien en bergdorpjes bezoeken, maar ik had absoluut geen zin in nog zo'n slopende busrit. Ik had nog niemand horen praten over liften en toen ik met mijn lift plan bij de receptie kwam keken ze me daar heel raar aan. Ik kreeg ze heel moeilijk aan het verstand dat het prima zou moeten kunnen. Na heel wat overtuiging kreeg ik het voor elkaar dat een meisje een brief voor met schreef met de volgende tekst in Lao: "Hallo, waar gaat u heen? Ik houd niet van reizen met de bus. Mag ik met u mee rijden?".

Om 07:00 uur de volgende dag vertrok ik van het guesthouse en heb ik eerst 10 kilometer gelopen tot ik op de goede weg was, een stuk buiten Tha Khaek. Bij elke bus dook ik de bosjes in en elke auto (waren er niet zo veel) probeerde ik aan te halen. De lift duim kennen ze hier niet, je moet een beetje wapperen met je hand, werkt veel beter. De vierde auto die stopte wilde me ook daadwerkelijk meenemen en zo ontmoette ik mr. Bounnaphonh, Deputy Director of Vientiane Mining Trade Co. LTD. Ja, dat is geen klein bedrijf. Onderweg uitgebreid gelunched, hij stond er op om mijn lunch te betalen, nou, prima! Na een dikke 300 kilometer kwamen we in Vientiane aan en onderweg had ik in de lonely planet al bekeken dat ik een nachtbus wilde pakken naar Udomxai. In de lonely planet stond: VIP bus. Een VIP bus is een bus waar je een maaltijd krijgt, elke twee uur een colaatje en een hostess hebt. Ook kunnen de stoelen bijna horizontal, waardoor je prima kunt slapen. Klein minpuntje, de VIP bussen bleken niet meer te rijden en ik werd in een overvolle lokale bus gepropt. Ik had de laatste stoel gekocht en de vijf mensen die na mij een ticket kochten moesten op plastic krukjes in het gangpad zitten. Leuk voor 10 minuten misschien, maar de busrit duurde 17 uur! Maargoed, onderweg bleken er wel een paar interessante mensen in de bus te zitten, veel studenten die terug gingen naar hun thuis-thuis udomxai. Ik ben tegen een van de studentes heerlijk in slaap gevallen en zo viel de rit nog behoorlijk mee! Die mijnbaas heeft trouwens zelfs mijn busticket betaald en een zak eten voor me gekocht, waardoor ik in 24 uur gratis 900 kilometer heb gereisd! Ik moest hem maar bellen als ik weer in Vientiane kom (volgende week).

Ik zit nu dus in Udomxai met een flesje water mijn kater weg te drinken. Gisteren met een paar studenten aan het 'stappen' geweest, was erg gezellig, barretje hier, nachtclub daar...Als ik naar buiten kijk zie ik bergen, wolken en hoor ik muziek die afkomstig is van het festival waar ik straks met een paar studenten heen ga.

Goed, dat was wel weer meer dan genoeg voor vandaag. Morgen pak ik een bus naar Nong Khiaw, een boot naar Muong Ngoi en loop ik twee uur tot een afgelegen dorp Ban Na, waar ik een of twee nachten blijf. Van daar ga ik weer terug naar Muong Ngoi om een bus te pakken naar Luang Prabang, door naar Vang Vieng, Vientiane, Bangkok. Ik ga eens kijken wat er hier allemaal nog meer te doen is. Tot over twee weken!

donderdag 12 juli 2007

Laatste week Cambodja

[Foto: Twee vrouwen met het prototype, plus Leap (tolk)]
[Nieuwe foto's in de gallery Cambodja (5)]

Nog een paar dagen Cambodja... De verpakking is zo goed als af, de gebruikershandleiding is zo goed als af, in het verslag zit nog een beetje werk en ik heb enorm zin in de komende drie weken.

Eerst maar eens over de afgelopen tijd, genoeg dingen gedaan, lekker opgeschoten met de opdracht, binnen het weeshuis verhuisd, we hebben eindelijk de natuurkunde proefjes met een groepje Cambodjanen gedaan en gisteren en vandaag ben ik weer van hutje naar hutje gegaan om de verpakking te testen onder de bevolking.

De natuurkundeproefjes waren een heel spektakel. Vanuit Nederland had ik een hele tas vol materialen plus een proefjesboek meegekregen van Ben de Witte, een broer van ome Wim. Heel fanatiek had hij me één van de laatste avonden voor mijn vertrek een stoomcursus natuurkunde proefjes gegeven. Met een Bas, Jony en Miriam hebben we op een gegeven moment een onvoorbereide natuurkundeles gegeven aan een groepje wezen en andere geïnteresseerden. Het onderwijs hier zit heel anders in elkaar dan het onderwijs in Nederland, de formules kennen ze allemaal prima, berekenen kunnen ze prima, maar ze hebben geen idee waar ze mee bezig zijn. Zo kunnen ze prima dichtheden berekenen, maar hoe het nou komt dat een ei in zout water blijft drijven terwijl het in normaal water zinkt... het is pure magie voor ze. Met het enthousiasme van Ben de Witte zijn we aan de slag gegaan en al snel hadden we heel wat verbaasde blikken rond de tafel toen een ballon op een steeds warmer wordende fles zichzelf leek op te blazen, of toen bleek dat 1 persoon puur met zijn adem een andere persoon op kan tillen. Als verklaring komen ze met de meest verbazingwekkende middeleeuwse denkwijzen op de proppen, geweldig!

Ook word het hier de komende tijd druk, er komen mensen van een naburig project om hier een project over zonne lampen op te zetten, er komt een leraar engels met zijn familie, Arjen's moeder is hier nu, Martijn's vriendin logeert hier een paar nachten, kortom, we hadden gebrek aan ruimte. Ik heb me aangeboden te verhuizen, omdat ik de nieuwe kamer heel sneaky al even had bekeken, welke een prive douche, toilet, balkon en koelkast bleek te hebben! Ik woon nu dus op mezelf, tussen de huisjes van de weeskinderen. Wel bleken er een aantal minpunten aan mijn nieuwe vertrek te zitten. Zo kwam ik de eerste nacht mijn kamer binnen, zat er een flinke rat op de medicijnkast, gadver. De laatste twee nachten heb ik bezoek gekregen van twee grote, hele snelle spinnen, nu heb ik normaal niet zo'n probleem met spinnen, maar wel met deze grote, waarvan ik niet weet of ze gevaarlijk zijn. Gelukkig zijn ze zo groot dat ze niet door de gaten in mijn klamboe passen.

Met de opdracht gaat het ook heel lekker, ik heb nu een prototype van zowel de verpakking als de gebruikershandleiding af, welke gisteren en vandaag getest heb. Er zijn nog wel een aantal punten die verbeterd kunnen worden, morgen ga ik een redesign doorvoeren, daarna zal ik de verpakking en de handleiding hier wel laten zien. Na morgen heb ik hier de boel af, ik heb nog tot volgende week woensdag om rustig aan mijn verslag te werken, zodat ik voordat ik een trip van drie weken ga maken een concept verslag kan sturen naar Nederland. Terug in Nederland zullen in Augustus de puntjes op de i worden gezet, om hopelijk in September het bachelor diploma te mogen ontvangen.

Maar eerst een trip van drie weken! JA, daar heb ik erg veel zin in. Ik heb bijna niks gepland, behalve dat ik op 10 Augustus in Düsseldorf land. Dit weekend verkoop ik mijn motor en geef ik mijn laptop aan de moeder van Arjen mee, die over twee weken terug gaat naar Nederland en mijn laptop als handbagage mee wil nemen zodat ik weer lekker met mijn backpack kan smijten. Volgende week woensdag dus de bus van Phnom Penh naar de grens van Cambodja en Laos. Op de grens moet ik overnachten, om de volgende dag in een busje nog twee uur verder Laos in gedropt te worden. Hier houdt mijn planning op. Heerlijk. Wel weet ik dat er op drie punten aan de grens van Laos een trein naar Bangkok gaat en ook heb ik de Lonely Planet van Laos bij de hand. Het land schijnt hele mooie natuur te hebben en als het een beetje uitkomt lijkt het me wel wat om via het platteland de bergen in te trekken voor in totaal een week of twee. Als een ware bosaap ga dan met de trein naar Thailand om daar gladgeschoren aan te komen. Bangkok zit vol Britse nep-backpackers, sextouristen en Amerikanen, toch hoop ik er een groepje relaxte mensen tegen te komen om een week mee op te trekken om vervolgens terug te vliegen naar Düsseldorf.

Na een paar weken heb ik ook eindelijk mijn telefoon terug, jammergenoeg harstikke dood. Eén van Leap's vrienden heeft een telefoon reparatie toko, hij probeert nog te redden wat er te redden valt, maar het is niet veel. Ik gebruik nu de telefoon van Miriam, ze gebruikt deze zelf niet en mijn Cambodjaanse sim-kaartje werkte nog perfect, met als gevolg dat ik tot mijn tripje volgende week weer bereikbaar ben. Wel ben ik bijna alle telefoonnummers kwijt, want die stonden in het telefoongeheugen...ai...

Goed, dat was het weer, ik zie dat de temperatuur in Nederland de komende drie dagen omhoog gaat en dat het minder gaat regenen, eindelijk. Geniet ervan!

woensdag 27 juni 2007

Koude temperaturen, vinyl en foto's als nooit tevoren

[Foto hierboven: kinderen selecteren een voorbeeldontwerp]
Nieuwe foto's, ik ben er trots op. Dit keer heb ik geprobeerd Cambodja een beetje nostalgisch weer te geven. Alle foto's zijn 100% origineel en in de afgelopen twee maanden gemaakt, alleen is alle kleur er uit gehaald. Ook heb ik er een lichte oranje korrel overheen gegooid, uit pure nostalgie. Ja, ik ben er blij mee! Eén tip voor het kijken van de foto's, je kunt de foto's ook nog groter bekijken door op de grote foto met de rechter muisknop te klikken op vervolgens op 'Open Image in New Window' te klikken. [Nostalgisch Cambodja]

Met Led Zepplin op de achtergrond kom ik bij het volgende puntje, vinyl. Honderden '60- '70'en '80-er platen in een afgelegen barretje in Phnom Penh, ook dat maakt me blij. Afgelopen zaterdag hebben ik en Bas de stad afgezocht naar leuke nieuwe plekken. Zo waren we op een gegeven moment ook op zoek naar de enige bowling baan in het land, "Superbowl" genaamd, gevestigd in een groot winkelcentrum. Eénmaal daar zat er al een groep mensen, overduidelijk van Nederlandse komaf, gauw wegwezen dus. Met de bowlingbaan in de rug kwam ons een hele stroom BrEeZAh-sletten tegemoet. De schreeuwende stroom deed ons afvragen wat er verderop gaande was en de stroom bleek uit te monden in een heuse BrEeZAh-slet-zee. Na een korte evaluatie van onze lokatie bleek dat we wel in een live uitzending van het Cambodjaanse TMF terecht gekomen moesten zijn, allemaal optredens, allemaal camera's, lampen, twee presentatoren, af en toe reclame, ja, we waren bij de live opnames van een tv programma beland. Na een half uur vol Khmer spektakel was het ook weer afgelopen en via een paar barretjes belandde ik weer in mijn bed. Dit keer had ik een beetje een raar bed, niet zozeer mijn bed, niet zozeer mijn guesthouse, maar de lokatie was raar. Het guesthouse was namelijk tegenover Toul Sleng, een voormalig martelcentrum van de Rode Khmer, waar in de hoogtijdagen in '74-'79 zo'n 100 mensen per dag werden 'verwerkt' en doorgestuurd naar de killing fields...

Toch heb ik daar prima weten te slapen en de volgende dag ging ik terug naar het weeshuis, maar niet voordat ik even naar de supermarkt was geweest voor de broodnodige tandpasta....en n in de supermarkt stond een fles Grolsch in de koeling! Gelijk gekocht, voor 3 dollar was de beugel van mij, dat is tevens de prijs van acht andere biertjes, maargoed, 's avonds in het weeshuis heb ik me tijdens een filmpje erg goed gedaan aan het Enschedeeese brouwsel. Hij smaakte zelfs zo goed dat ik er een zere keel van had!

De volgende ochtend had ik alweer een zere keel, dit keer was het niet de schuld van Grolsch, maar dan de 'kou' die ochtend. Sinds ik hier zit is het nog nooit zo koud geweest, ik heb er maar een trui bij aangetrokken. Geen gelul, het was 27 graden celcius en ik had het koud! Dat is toch niet normaal meer. Okay, het is normaal niet kouder dan 30 graden, ook 's nachts niet, maar dat ik ooit 27 graden celcius koud zou vinden had ik van tevoren niet gedacht. Absurd.

Na deze rariteiten maar weer wat over de opdracht. De conceptfase zit er op. Ik ben nu met het eindontwerp bezig. Na heel wat diagrammen, schema's en omwegen komt het er op neer dat ik een verpakking van.....karton ga maken. De verpakking is.....vierkant. Dit mag allemaal een beetje 'kort door de bocht' lijken, maar het blijkt dat bijna alles dat je koopt niet zomaar in een vierkante doos zit! Het eindontwerp bestaat uit een glimmende bedrukte doos met aan de buitenkant een soort 'ganzenbord'-spel verwerkt. Ook komt er en gebruiksershandleiding met tekst in het Engels en Khmer en een soort stripverhaal voor de analfabeten. Als een soort van echtheidskenmerk komt er nog een extra glow-in-the-dark laag over de verpakking, waardoor het Kamworks logo en de afbeelding van de lamp op de verpakking in het donker licht uitstralen. Ik heb nu nog zo'n week nodig voor het eindontwerp, een dag om een prototype in elkaar te zetten, een dag om zekerheid te krijgen over de prijzen van de drukker, de verf en het zeefdruk materiaal en nog een week om de boel te evalueren onder de boerenbevolking. Ik heb nog zo'n vier weken, dus kan ik mooi nog een week met het uitwerken van mijn verslag bezig. Dan ben ik op 20 juli klaar hier en ga ik nog drie weken reizen. Ik begin in Thailand en eindig in Thailand, want van daar uit vlieg ik op 10 augustus terug naar huis.

Dat was het weer, geniet van de foto's en tot over een maand of twee!

woensdag 20 juni 2007

Beroerd op een paradijselijk eiland

[foto hierboven: Ik, Bas, Miriam en Jony. Martijn was een duik aan het nemen.]
Al starend naar een witte muur, waar salamanders op jacht zijn naar kleine vliegende beestjes, begin ik dit verhaal. Het is een uur of half 8 's avonds en ik lig als enige al op bed en ik voel me beroerd. Eigenlijk begon het allemaal dit weekend, ik moest kiezen tussen een tripje door een bergachtig natuurgebied of een weekend met twaalf weeskinderen en alle studenten naar bamboo island; een paradijselijk eiland voor de kust van Sihanoukville in het zuiden van Cambodja. Uiteindelijk ben ik overgehaald om naar het eiland te gaan, omdat het toch wel enorm gaaf is om met twaalf wezen en alle studenten zo'n tripje te maken, de meeste van die kinderen hadden de zee nog nooit gezien. Op zondagochtend om 05:00 uur vertrokken we vanaf het weeshuis, en hoe! Twaalf wezen, vier studenten, Arjen, Leaps en ook nog een begeleidster voor de kinderen, allemaal in Arjen's Auto. Van plastic en scaff buizen was een dakje gemaakt voor eventuele buien en felle zon. In de achterbak was het flink proppen, want op een stukje van zo'n drie vierkante meter zaten zo'n acht weeskinderen en vijf volwassenen...dat is krap. Onderweg was het niet altijd even relaxed, met een zere kont, een klapperend zeil en een wind van zo'n negentig km/u, vier uur lang, was het een behoorlijke belevenis.

Toch bleek dit niet het ruigste ritje van het weekend te zijn, eenmaal in Sihanoukville stapten we namelijk over op een boot naar bamboo island, maar sinds een steiger ontbrak moest ik tot aan mijn navel door het water. Cambodjanen kwamen uiteraard niet meer bij de grond en moesten zwemmen. Met een natte broek op die boot bleek dat de zee behoorlijk ruig was. De golven stonden haaks op onze vaarrichting met als gevolg dat menig pessimistisch ingesteld brits viswijf af en toe een schreeuw uitte. Halverwege stond er te veel water in de boot en moesten we vijf minuten stoppen om het water weg te pompen, ik was net zo'n beetje droog, maar een duik op volle zee sla ik niet af. Eenmaal op bamboo island ging het ook zo, nat, droog, nat droog, met als gevolg dat ik 's avonds koppijn had en maar vroeg naar bed ging.

De volgende dag gingen we vol goede moed een ochtendduik maken, maar omdat ik mijn zwembroek was vergeten en in mijn korte broek zwom had ik even niet aan mijn telefoon gedacht...die dus vrolijk met mij mee zwom. Sukkel dat ik ben. Ik heb het apparaat op het eiland gelijk afgespoeld met zoet water, maar kreeg hem niet meer aan de praat, met als resultaat dat ik nu dus niet te bereiken ben en de tijd niet meer bij me heb. Na een luie dag met wat wandelingen verliet het gezelschap om drie uur het eiland. Arjen reed weer met zijn wagen terug, maar Bas, Miriam en ik hadden daar geen zin in, daarnaast begon ik me hondsberoerd te voelen. In het resort Coasters werd ons gratis een kamer aangeboden, het resort was namelijk van dezelfde man als het resort op bamboo island.

Na een theetje en een halve hamburger ging ik even plat om te zien of ik die beroerdheid in een powernap weg kon slapen. Op een gegeven moment begon ik te trillen, had het koud, hete adem, ik moest wel koorts hebben. De uitnodiging van Bas en Miriam om nog een cocktail te gaan drinken heb ik maar afgeslagen en uiteindelijk heb ik tot een uur of vier 's nachts beroerd op bed gelegen, daarna ging het iets beter. Om zeven uur ging de wekker en ik was weer redelijk helder, het enige nadeel was dat er een busreis van vier uur voor de boeg stond.

Reizen met de bus in Cambodja is niet te vergelijken met Nederland. De enige overeenkomst is dat je in een bus zit. Ten eerste is het verrekte koud in zo'n bus door de airco. Alle knopjes van de airco zijn kapot waardoor je continu in een stroom van koude lucht zit. Daarnaast heeft elke bus een televisie, fikse geluidsset en een Video CD player. De variatie is ver te zoeken, je heb OF karaoke OF Cambodjaanse stand-up comedy. De karaoke staat altijd knetter hard en komt daardoor overstuurd uit de luidsprekers, het zijn allemaal van die foeilelijke midi nummers en niemand zingt mee. De Cambodjaanse comedy is nog erger, het lijkt wel of er in het hele land exact zes mensen zijn die op televisie aan comedy doen en volgens mij zijn ze geselecteerd om een zo irritant mogelijke stem te hebben plus een uiterlijk waar je simpelweg van schrikt. Vandaag was er zelfs een Cambodjaanse dwerg met lang krullend haar, zo'n vieze baard en een vlas snorretje....wat smerig! Anyway, vier uur in die bus was dus ook niet optimaal en die airco kon ik al helemaal niet waarderen want ik begon weer te trillen van de kou. Gelukkig viel er een Cambodjaan tegen me in slaap waardoor ik nog enigszins warm bleef.

Eenmaal in Phnom Penh heb ik mijn telefoon laten reinigen voor drie dollar, hij deed weer iets, maar het meeste werkte nog niet. Voor twintig dollar kon ik hem echter laten repareren dus heb ik dat maar laten doen, over een paar dagen kan ik de telefoon weer op halen. Arjen was toevallig in Phnom Penh en heeft ons meegenomen naar het weeshuis waar ik nu tegen de witte muur aan het staren lig, waar de salamanders blijkbaar hun maag vol hebben, want ik zie ze niet meer.

...En toen ging ik slapen. Het is nu 06:30 's morgens, dauw op het gras, ik ben weer zo fit als het hoort en heb genoeg geslapen. De beroerdheid is voorbij, ik ben weer blij en ga zo maar weer lekker met de opdracht verder. Ik heb nog vier weken voor de opdracht, heb alle concepten nu af en ga vanaf nu met het uiteindelijke ontwerp bezig. Het enige dat er nog tussendoor komt is een focus group met een aantal Cambodjaanse mensen om er achter te komen wat hun kijk is op bepaalde materialen en kleuren voor de verpakking. Daarover de volgende keer meer.

Mariënhemers, veel plezier op de midzomerfeesten die ik weer mis, het tuinhuisje zal wel weer bomvol komen te zitten, het orgel zal wel overuren gaan draaien en er zullen vast wel weer sterke verhalen ontstaan die ik graag hoor!